Vanaf 15 september zal in België het papierloze voorschrift breed uitgerold worden over het hele land. Dat meldt de vzw Recip-e, het bedrijf dat actief meewerkte aan de digitalisering van het voorschrift in de Belgische gezondheidszorg. De organisatie verwacht dat de evolutie naar dematerialisatie snel zal gebeuren, zoals al het geval was in andere sectoren.
Binnen een tweetal weken gaat de laatste fase in van het digitale doktersvoorschrift in België. Dan zullen patiënten een digitaal voorschrift kunnen meekrijgen van hun dokter en kunnen ze volledig papierloos medicijnen afhalen bij de apotheker. Toch betekent dat niet dat Belgische apothekers vanaf dag één overrompeld zullen worden door patiënten met papierloze voorschriften. Om zorgverleners en burgers voldoende tijd te geven en om burgers correct te kunnen informeren, verloopt ook de laatste fase van de dematerialisatie van het voorschrift gefaseerd en kunnen mensen nog steeds een papieren voorschriften krijgen.
Gefaseerde uitrol
Al sinds 1 januari 2020 zijn Belgische dokters verplicht om geneesmiddelen elektronisch voor te schrijven (behalve in uitzonderlijke situaties). Sindsdien ging de dematerialisatie gefaseerd verder. Zo ging het papierloos voorschrift al van start op 1 juni 2021 bij publieke apothekers waar de software volledig up-to-date was. Ook sommige artsen en andere zorgverleners in België kunnen al sinds juni volledig digitaal voorschrijven. De software voor voorschrijvers (artsen, tandartsen en vroedvrouwen) moet ten laatste tegen 15 september 2021 klaar zijn.
Zorgverleners zullen sowieso een papieren bewijs van elektronisch voorschrift blijven meegeven aan hun patiënten, met daarop de barcode die staat voor het unieke voorschriftnummer van het geneesmiddelenvoorschrift (RID-code). Ook tijdens de coronacrisis mochten voorschrijvers al de RID-code van het elektronisch voorschrift bezorgen aan de patiënt. In de apotheek deelt de patiënt die code mee aan de apotheker, die het geneesmiddel aan de patiënt aflevert en het elektronisch voorschrift archiveert. Enkel als patiënten expliciet aangeven dat ze hun voorschriften zelf digitaal zullen beheren, is een papieren bewijs niet langer nodig.
Belgische voorschrijvers zullen dus na de volledige uitrol van de dematerialisatie op drie manieren medicijnen kunnen afleveren: op voorlegging van het papieren bewijs van elektronisch voorschrift, zoals vandaag al het geval is; op vertoning van een digitaal bewijs van elektronisch voorschrift (bijv. via een app); en volledig digitaal na inlezing van een eID-kaart of op basis van iemands rijksregisternummer.
Privacy blijft gewaarborgd
Ook de privacy blijft gewaarborgd bij een digitaal doktersvoorschrift. Een patiënt die voor het volledig digitale voorschrift kiest, zal bijvoorbeeld kunnen vragen om een bepaald voorgeschreven medicijn niet te tonen aan de apotheker. De voorschrijver doet dat door de zogenaamde VISI flag voor dat voorschrift op ‘toe’ te zetten. Apothekers krijgen dan dat voorgeschreven medicijn niet te zien als de patiënt zijn of haar eID-kaart inleest of rijksregisternummer ingeeft. Voor ‘afgeschermde’ medicijnen geeft de voorschrijver een papieren of digitaal bewijs van elektronisch voorschrift mee. Op die manier kan de patiënt volledig autonoom bepalen welke apotheker dat voorgeschreven medicijn mag zien.
Een andere belangrijke nieuwigheid is dat patiënten hun voorgeschreven medicijnen zullen kunnen reserveren bij een apotheker naar keuze. Enkel de aangeduide apotheek krijgt dan het voorschrift te zien. Als een patiënt een bepaald medicijn reserveert, kan de apotheker hem of haar verwittigen wanneer het klaarligt. Bepaalde apps zullen vanaf eind 2021 voorzien in een optie om de contactgegevens van patiënten te delen. Via www.mijngezondheid.be en bepaalde apps kan men al sinds 1 juni voorgeschreven medicijnen reserveren bij een apotheek. Straks wordt dat mogelijk via nog meer patiëntenkanalen.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!