Een nieuw algoritme - ontwikkeld door het UMC Groningen, de Medische Hogeschool in Hannover en kunstmatige intelligentie bedrijf MIcompany - maakt het mogelijk om de diagnose van een allergie makkelijker en mogelijk eerder vast te stellen. Tot nu toe werden er voor het vaststellen van een allergische ziekte bij kinderen verschillende methoden gebruikt, zoals een bloedtest. Het algoritme gebruikt kunstmatige intelligentie om allergieën vast te stellen.
De diagnose van een allergie is bij jonge kinderen vaak lastig te stellen. Vooral bij jonge, nog niet schoolgaande kinderen, is de behoefte aan een voorspelling van het risico op allergische ziekten groot. Alleen is het juist bij kinderen een aandoening zoals astma, eczeem of hooikoorts moeilijk vast te stellen, zegt prof. dr. Gerard Koppelman, kinderlongarts in het UMCG en initiatiefnemer van het project.
Koppelman: “Jonge kinderen hebben vaak last van korte kwaaltjes waarbij de symptomen kunnen lijken op een allergische aandoening, bijvoorbeeld aanvallen van benauwdheid of frequente verkoudheden. Het is dan lastig om de diagnose van een chronische allergische ziekte stellen.”
DNA-markers in neuscellen
Een algoritme dat werd ontwikkeld in het UMCG helpt om tot een eerdere en betere diagnose te komen. Daarvoor werden grote datasets van het menselijk DNA geanalyseerd: het Groningen Research Institute for Asthma and COPD (GRIAC) beschikt over DNA-gegevens uit bloed- en neuscellen van deelnemers aan het nationale geboortecohort.
Door DNA-gegevens op grote schaal te analyseren vonden de onderzoekers drie DNA-markers in neuscellen die bepalend zijn voor het ontwikkelen van een allergische zieke. Zij konden daarmee aantonen dat deze drie DNA-markers een verband hebben met een ontstekingsreactie in neuscellen. Op basis van drie DNA-markers kan het nieuwe algoritme kan een risicoscore voor een allergische aandoening berekenen en hiermee een diagnose stellen.
Het huidige algoritme is ontwikkeld voor 16-jarigen. “Hoewel deze ontdekking een belangrijke stap voorwaarts is in de toepassing van kunstmatige intelligentie om allergie vast te stellen, moeten we ons algoritme in de toekomst aanpassen voor de jongere leeftijdsgroep”, aldus Koppelman. In de toekomst wil hij het algoritme dan ook gebruiken om bij jonge kinderen allergieën vast te stellen door middel van een neusswab.
Alternatief voor bloedprikken
Het vaststellen van een allergische aandoeningen bij kinderen kan bijvoorbeeld met een bloedtest of een longfunctietest (bij astma), maar bij kinderen tot zes jaar is zo'n longfunctietest vaak nog niet mogelijk is. Bij vermoeden van hooikoorts wordt vaak een bloedtest of een huidtest gedaan.
Prof. dr. Gerard Koppelman denkt dat het diagnosticeren van allergieën bij kinderen dan ook vriendelijker en effectiever kan worden, door op basis van de drie DNA-markers die in de huidige studie zijn geïdentificeerd, een neusswabtest te ontwikkelen.
En dat is hard nodig, wan in de afgelopen 50 jaar is het aantal patiënten met allergische ziekten in een snel tempo toegenomen. Zo sterk dat onderzoekers zelfs verwachten dat de helft van de Europese bevolking in 2030 hieraan zal lijden. Dat betekent dat aandoeningen zoals astma, eczeem of hooikoorts, net als zeer veel voorkomende kinderziekten, het liefst snel opgespoord moeten worden, voordat ze een aanzienlijke belasting vormen voor de kwaliteit van leven van patiënten en de gezondheidszorg.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!