In de serie eHealth op de werkvloer spreekt SmartHealth met zorgprofessionals die dagelijks te maken hebben met eHealth toepassingen. Veel van die technologische innovaties betekenen op papier efficiënter werken, kwaliteitsverbetering of kostenverlaging. Maar in de praktijk zijn er vaak genoeg obstakels te overwinnen. Een kwestie van tussen droom en daad? Deze week: Nathalie Eikelenboom, stafmedewerker zelfmanagement & eHealth bij De Ondernemende Huisarts.
De Ondernemende Huisarts (DOH) is een coöperatie van huisartsen die in samenwerking met andere zorgverleners eerstelijnszorg biedt aan patiënten in de regio Eindhoven. Samen met IQ Healthcare, onderdeel van het Radboudumc, ontwikkelde de zorggroep DOH een instrument om patiënten te typeren ten aanzien van de mogelijkheden tot zelfmanagement. De term zelfmanagement gaat over de mogelijkheden die een patiënt heeft om met zijn of haar chronische ziekte, zoals diabetes of COPD, om te kunnen gaan. Zelfmanagement wordt als term gebruikt om aan te duiden dat patiënten, en niet enkel zorgverleners, ook een actieve rol spelen bij het managen van chronische ziekten.
SeMaS is een screeningsinstrument om zelfmanagementondersteuning op maat te bieden
Nathalie Eikelenboom is, naast haar functie als stafmedewerker zelfmanagement bij DOH, als onderzoeker bij het screeningsinstrument betrokken. “In 2011 zijn we begonnen met de ontwikkeling van SeMaS (Self Management Screening), een screeningsinstrument om zelfmanagementondersteuning op maat te bieden. Hiermee worden de zelfmanagementvaardigheden, competenties en barrières van patiënten beoordeeld. Kortweg is SeMaS een tien minuten durende vragenlijst die patiënten invullen, waar vervolgens een profiel uit komt rollen. Deze wordt samen met de zorgverlener besproken en op basis daarvan wordt bepaald welke rol zelfmanagement in de behandeling gaat spelen.”
IQ Healthcare, Philips, VGZ en CZ
Waar kwam het idee van het screeningsinstrument vandaan? “Het idee van SeMaS kwam voort uit de conclusie dat zelfmanagement niet bij iedereen lijkt te lukken. Een zorgverlener voelt vaak aan of een patiënt wel of juist niet met zelfmanagement aan de slag zal gaan, maar het is niet eenvoudig om dat zonder tools te objectiveren. Daardoor ontstond het idee van een meetinstrument, waarmee je de eventuele problemen of barrières van patiënten kunt vastleggen.”
Voor een groep patiënten werkt zelfmanagement: zij gaan met de huisarts
Sommige patiënten zitten niet te wachten op het afleren van ongezonde gewoontes
op zoek naar een manier om te leren leven met een chronische ziekte en gezond te blijven. Maar het kan ook weerstand oproepen in de spreekkamer: sommige patienten verwachten dat de zorgverlener hen ondersteunt, en zitten niet te wachten op een aanpassing van hun levensstijl of bijvoorbeeld het afleren van ongezonde gewoonten zoals roken.
IQ Healthcare, technologiebedrijf Philips en zorgverzekeraars VGZ en CZ speelden een belangrijke rol bij de ontwikkeling. “Hoewel DOH als praktijklocatie dienst doet, werd het daadwerkelijke onderzoek uitgevoerd binnen IQ Healthcare. Daar deden we eerst een literatuurstudie naar de factoren die bepalen of een interventie wel of niet heeft geholpen bij een patiënt. Die factoren hebben we voorgelegd aan panels van patiënten en professionals. Samen met hun hebben we een selectie gemaakt van de belangrijkste factoren en voor die factoren hebben we vervolgens de vragenlijst ontwikkeld.”
De vormgeving van het profiel nam Philips op zich. Ook VGZ en CZ hebben vanaf het begin aan tafel gezeten. De twee zorgverzekeraars financieren grotendeels de zelfmanagement agenda van DOH, waar de SeMaS vragenlijst ook onder valt. Eikelenboom: “Zowel VGZ als CZ zien dat zelfmanagement niet voor iedereen geschikt is en zijn ook van mening dat het mooi zou zijn als je vooraf kan bepalen bij wie je een interventie in kunt zetten en bij wie het geen zin heeft. Het is immers jammer wanneer een interventie wordt inzet bij patiënten waarvan je van tevoren had kunnen inschatten dat het niet gaat werken.”
Een cursus screening voor beginners
In 2013 werd de bouw afgerond en startte de pilotfase, waarbij het screeningsinstrument in de helft van de praktijken van DOH werd ingezet. De ondersteuners van de huisartsenpraktijk, vaak afgekort tot POH (PraktijkOndersteuner Huisartsenzorg), leren als eerst met SeMaS werken. “Het meetinstrument is gevalideerd bij patiënten met een chronische aandoening. Voor deze patiënten is de praktijkondersteuner toch vaak de centrale zorgverlener”, legt Eikelenboom uit.
"Patiënten waardeerden dat ze op een andere manier naar zichzelf leerden kijken"
Op dit moment worden de voorbereidingen getroffen om SeMaS de komende tijd in alle praktijken in te gaan zetten. “In het najaar beginnen we met een implementatie training om ervoor te zorgen dat het meetinstrument goed landt in de praktijk. We hebben aan de helft van de praktijken in het onderzoek een cursus 'zelfmanagement screening voor beginners' gegeven. Ook de andere helft gaat die cursus volgen."
"Waar wij onze zorgverleners ook in geschoold hebben is de methode Doen en Blijven Doen. Dat is een methode om gedragsverandering bij patiënten te stimuleren. Er wordt hierbij gekeken of patiënten open staan voor gedragsverandering, in welk stadium van de verandering ze zich bevinden en welke persoonsgebonden factoren dit kunnen belemmeren. We willen nu een combinatie gaan maken tussen die twee dingen, dus SeMaS en Doen en Blijven Doen. Een hoop factoren die in SeMaS zitten komen in die cursus ook terug, dus dat sluit goed aan.”
Tijdens de onderzoeksfase met SeMaS werden er random een aantal patiënten geselecteerd en gevraagd of ze mee wilde werken aan het onderzoek. DOH heeft geen direct onderzoek gedaan naar patiëntervaringen, maar de interviews met POH’ers die deelnamen aan de pilot geven wel een inkijkje in de ervaringen. Een van de ervaringen is dat patiënten aangaven dat ze het stukje zelfreflectie van het screeningsinstrument waarderden, omdat ze op een andere manier naar zichzelf leerden kijken. Eén van de achterliggende ideeën van SeMas is dat patiënten hun zelfmanagement interventie ook beter zullen doorlopen na de screening. Maar die effecten zijn volgens Eikelenboom nog niet aangetoond, aangezien het aantal mensen dat binnen het onderzoek doorverwezen werd naar een interventie te laag was.
Mijn gezondheidsplatform
Wat is voor de zorgverleners het voordeel om te werken SeMaS? “Voor een praktijkondersteuner is het prettig dat de screener een objectief beeld geeft van de patiënt. Het is niet de POH’er die het heeft ingevuld en een beoordeling geeft, maar de patiënt zelf. Daarnaast geeft het instrument aanknopingspunten voor het vervolg van de behandeling van de patiënt. Een zorgverlener gaat afhankelijk van de SeMaS uitslag met een patiënt kijken in hoeverre er ruimte is voor zelfmanagent. Het is dus niet zo zwart wit dat een patiënt wel of geen zelfmanagement gaat doen. We beoordelen in hoeverre iemand direct los gelaten kan worden om zelf aan de slag te gaan met zelfmanagement, of dat er met kleine stapjes gewerkt moet worden. Dit kunnen praktijkondersteuner en patiënt samen vastleggen in een Individueel Zorgplan. Als blijkt dat iemand goed met zelfmanagement aan de slag kan, kan diegene bijvoorbeeld doorverwezen worden naar Mijn Gezondheidsplatform.”
Mijn Gezondheidsplatform (MGP) is het zelfmanagement portaal van DOH. Op dit platform kunnen patiënten zelf hun meetwaarden zoals gewicht invoeren, lab uitslagen terug zien, een e-consult sturen naar de POH en de huisarts of één van de online lifestyle coaches volgen.
"De aanpak om de praktijkondersteuner actief te betrekken was een groot succes"
Mijn Gezondheidsplatform is ontwikkeld door MedicInfo. Samen met Vilans doorliep DOH vorig jaar een intensief traject om de eHealth toepassing in een aantal praktijken te implementeren. “Binnen de vier pilot praktijken hebben we gekeken wat er nu op zorgverleners afkomt wanneer ze gaan werken met MGP, wat hen belemmert en wat wij daar aan kunnen doen. We hebben de praktijkondersteuners een stem gegeven, gevraagd wat zij zouden willen veranderen en wat zij nodig hebben om ermee te werken. Die oplossingen hebben we vervolgens uitgewerkt en aan hen overhandigd, zodat zij daar weer mee aan de slag konden. De aanpak om de praktijkondersteuners actief te betrekken, en om de implementatie van het zelfmanagement portaal vorm te geven door co-creatie, was een groot succes”, vertelt Eikelenboom.
Praktijkondersteuners enthousiast over MGP
Ook was het zaak om het online portaal onder de aandacht van patiënten te krijgen. Vanuit de praktijken werd een brief gestuurd naar de patiënten die binnen de doelgroep vielen. “We hadden in eerste instantie samen met de praktijkondersteuners als doel gesteld dat we 150 patiënten wilden zoeken die mee konden doen aan het implementatietraject. Dat zijn er bijna 500 geworden. Dat is echt te danken aan het enthousiasme van de praktijkondersteuners.”
Wat maakt Mijn Gezondheidsplatform interessant voor praktijkondersteuners? “POH’ers hebben vaak drukke agenda’s, die met het oog op een groeiend aantal aanmeldingen van nieuwe patiënten alleen maar voller wordt.
"Mijn Gezondheidsplatform neemt een deel van de werkdruk weg"
Mijn Gezondheidsplatform neemt een deel van die werkdruk weg, doordat patiënten bijvoorbeeld zelf hun bloedsuiker kunnen bijhouden op het platform. Er zit een terugkoppeling in het systeem die de patiënt direct laat weten of de meetwaarde goed of niet goed is. Zolang het goed is kan iemand zichzelf blijven controleren. Daardoor kan iemand die onder controle staat misschien wel een of twee fysieke consulten minder hebben.” Door mensen thuis meer te laten doen en meten, vermindert hopelijk het aantal onnodige bezoeken aan de huisartsenpraktijk.
Volgens Eikelenboom denkt DOH wel na over de mogelijkheid om ook de data die mensen zelf verzamelen via apps of medische hulpmiddelen aan het gezondheidsplatform toe te voegen, maar daar ligt volgens haar vooral een rol voor de ontwikkelaar Medicinfo. “Zij zijn inmiddels al wel bezig met een glucosemeter voor thuis, zodat de waarden van die meter ingelezen kunnen worden op het platform.”
Beleidsagenda Zelfmanagement
Inmiddels wordt er gekeken of Mijn Gezondheidsplatform ook uitgerold kan worden naar andere DOH praktijken. Eikelenboom houdt zich momenteel bezig met de bijbehorende scholing voor MGP. Maar dat is niet het enige project op de beleidsagenda zelfmanagement van DOH. “We hebben ook een project rondom therapietrouw, dat eenzelfde vorm zal krijgen als SeMaS.
"Shared decision making is een thema waar we ook druk mee bezig zijn"
Daarnaast is shared decision making een thema waar we druk mee bezig zijn. DOH wil ook een eigen app-store krijgen, waarin gezondheidsapps komen te staan die wij als organisatie aanbevelen. Zo’n lijst hebben we inmiddels ook al met door ons aanbevolen websites. Wij stellen een aantal doelen per jaar op binnen onze zelfmanagement agenda en dan kijken we aan het einde of we die gehaald hebben. Sommige gaan wat makkelijker dan anderen. Bij Mijn Gezondheidsplatform en bij SeMaS hebben we een heel uitgebreid implementatietraject gehad en daar hebben we de doelen ook ruimschoots behaald. Nu gaan we ons weer inspannen voor een volgend project.”
Alle afleveringen van eHealth op de werkvloer lezen?
Heel interessant, zo'n screening! Noodzaak, zou ik zelfs durven zeggen. Ik ben benieuwd: hoeveel procent van de mensen lijkt richting zelfmanagement te kunnen, volgens de eerste onderzoeken?
Beste Meijke,
Uit ons onderzoek blijkt dat 40-45% geen barrieres heeft. Nog eens 40-45% heeft barrieres die m.n. bepalend zijn voor hoe je aan de slag gaat, zoals een lager vertrouwen in eigen kunnen. Bij deze mensen geeft het profiel input voor het Individueel zorgplan. Bij 5-10% zijn er dusdanige barrieres, m.n. bij angst en depressie, dat hier eerst aan gewerkt moet worden voordat deze persoon met het zelfmanagement van zijn chronische aandoening aan de slag kan.
Dat vind ik bemoedigende cijfers, Nathalie! Maakt het screeningsinstrument des te nuttiger. En leuk dat je reageert trouwens.