Elke werkdag leest SmartHealth het eHealth en mHealth nieuws voor je. Is het relevant, actueel of opvallend, dan lees je het hier. Deze week: Amerikaans onderzoek onder (potentiële) wearable klanten, Facebook en medische toepassingen voor VR-helm, Jawbone lanceert UP24 in meer dan 29 landen wereldwijd, Nictiz publiceert whitepaper over zelfmetingen in de Nederlandse gezondheidszorg, en Duitse artsenclub wil bewustzijn rondom sociale media bij artsen en medische specialisten vergroten.
Poll: Wearables nog te duur en niet mooi genoeg
28 maart - The Nielsen Company, een Amerikaans mediaconglomeraat bekend om hun marketing- en media-onderzoeken, heeft een onderzoek gedaan naar (potentiële) klanten van wearables zoals fitnessbanden en smartwatches. Voor hun Connected Life Report werden 2313 mensen van 18 jaar en ouder ondervraagd.
Onder de bezitters van wearables zijn fitnessbanden (61%) het populairst, gevolgd door smartwatches (45%). De meeste eigenaren van smartwatches hebben deze aangeschaft uit gemak, 30% geeft als belangrijkste reden dat de smartwatch hun smartphone verslaving aanvult. Voor 57% van de fitnessband eigenaren is het monitoren van hun gezondheid de voornaamste reden van hun aankoop.
Toch blijkt de groep mensen die daadwerkelijk wearables in hun bezit hebben nog vrij beperkt. Hoewel 73% van de consumenten wel geïnteresseerd is in wearables, heeft maar 6% deze ook echt in zijn of haar bezit. De reden hiervoor zijn dat mensen wearables te duur vinden (72%), liever willen dat ze in een andere vorm dan een armband of horloge verschijnen (62%) of ze niet mooi genoeg vinden (53%).
Uit het onderzoek komt verder naar voren dat momenteel de gemiddelde wearable-klant (48%) tussen de 18 en 34 – dus jong – en vrij vermogend is (ruim 30% verdient meer dan $100.000 per jaar).
De resultaten van Nielsen’s onderzoek bieden weer nieuw perspectief voor wearable-ontwikkelaars. Andere vormen, verlaagde prijzen en meer focus op design kunnen hun afzetmarkt mogelijk vergroten.
Bron: Nielsen
Facebook en medische toepassingen voor VR-helm
27 maart - Onze collega's van Mobihealthnews wijzen op de mogelijke toepassingen in de zorg van de technologie van virtual gaming bedrijf Oculus. Het bedrijf is in het nieuws nadat Facebook het afgelopen week voor 2 miljard US dollar heeft overgenomen. Met de 'helm' van Oculus ondergaat een speler beelden en geluiden veel intensiever dan door het bekijken van een gewoon beeldscherm. Mark Zuckerberg, de grote baas van Facebook, noemde bijvoorbeeld 'consulting with a doctor face-to-face' als mogelijke toepassing. Maar MobiHealthnews wijst ook op een aantal reeds bestaande medische toepassingen van de Oculus helm.
Bron: MobiHealthnews
Jawbone lanceert UP24 wereldwijd
26 maart - Jawbone, de Amerikaanse ontwikkelaar van draagbare technologie en geluidsapparatuur, heeft vandaag de UP24 in meer dan 29 landen over de hele wereld aangekondigd - waaronder Nederland. De activity tracker UP24 volgt op de in 2010 uitgebrachte UP, een polsband die beweeg-, slaap- en eetgedrag van een gebruiker inzichtelijk maakt in een bijbehorende app.
De belangrijkste verbetering van de Jawbone UP24 is dat de nieuwe UP draadloos verbinding maakt met de iOs of Android UP app. Dit in tegensteling tot de ‘oude’ UP, die in de microfooningang van de telefoon geplugd moet worden om data in de app te laden. Met deze nieuwe functie van de UP24 is het dus mogelijk om real time data over eet- en slaapgedrag via de app inzichtelijk te maken.
Bron: Jawbone
Nictiz whitepaper: Nederlandse zorgsector nog niet klaar voor zelfmetingen
24 maart - Met een breed gezelschap van auteurs - variërend van de oprichter van Quantified Self Nederland, een jurist, een arts en dataspecialisten - publiceert Nictiz vandaag de whitepaper Zelfmetingen en de Nederlandse gezondheidszorg, over het gebruik van zelfgegenereerde gezondheidsinformatie in de reguliere zorg. Die 'zelfgegenereerde gezondheidsinformatie' zijn de gegevens afkomstig van je Fitbit Flex of Nike Fuelband, RunKeeper of Moves, of wifi-weegschaal bijvoorbeeld, of, volgens Nictiz de 'apparaten, internettoepassingen en apps waarmee je als patiënt informatie over je eigen lichaam kunt meten, vastleggen, interpreteren en desgewenst delen'. Die gegevens en data nemen in rap tempo toe, doordat steeds meer mensen bezig zijn met het monitoren van hun gezondheid. Maar hoe past dat binnen het reguliere zorgproces? Of, met andere woorden, kan een huisarts, verpleegkundige of specialist die informatie ook inzien en gebruiken?
De whitepaper is bedoeld als verkenning van de ontwikkelingen rondom zelfmetingen. Nictiz herkent 'twee sterk groeiende, maar deels nog sterk gescheiden praktijken: zelfmetingen op eigen initiatief (en primair voor eigen gebruik) én zelfmetingen op initiatief van de behandelaar (als onderdeel van een behandeltraject). Daarnaast zien we een toenemende behoefte bij gebruikers om gegevens uit deze twee verschillende praktijken meer met elkaar in verband te kunnen brengen.' De whitepaper gaat onder meer in op de bruikbaarheid en uitwisselbaarheid van die data, betrouwbaarheid, veiligheid en juridische aspecten. Een belangrijke - maar wellicht geen verassende - constatering uit het rapport is dat de reguliere sector nog lang niet klaar is voor het omgaan met gegevens die de patiënt meeneemt.
Bron: Nictiz
Duitse richtlijn voor artsen en sociale media uitgebracht
24 maart - De Duitse Bundesärztekammer - de koepelorganisatie van meer dan 400,000 Duitse artsen - heeft nu ook een richtlijn voor artsen en sociale media uitgebracht. (Onze KNMG deed dat al in 2011). In deze richtlijn worden zaken besproken die artsen en medische studenten in acht moeten nemen als ze privé en professioneel gebruik maken van sociale media. De handleiding is bedoeld om het bewustzijn van artsen en medische studenten te vergroten en het overschrijden van professionele- en ethische normen te voorkomen.
In de richtlijn worden 10 casestudies behandeld van potentiële problemen die zich kunnen voordoen met sociale media. Bijvoorbeeld als een arts op sociale media – zonder naam van de patiënt of het ziekenhuis te noemen – vertelt over een tragisch geval op het werk. Of een medisch student zich op Facebook uitlaat over een senior arts (“blöde alte Stasi-Schnepfe”). Maar ook een arts die jongeren via Facebook informatie wil bieden en niet weet hoe ver hij of zij daarmee kan gaan.
De vragen die de casestudies oproepen worden in de richtlijn besproken. Wanneer voorziet een arts iemand bijvoorbeeld vrijblijvend van algemene medische informatie online en wanneer wordt het echt een online consult (met alle gevolgen van dien)? En in hoeverre mag een arts online zijn of haar mening uiten over medische zaken? Of waar schuilt het gevaar bij online medisch advies geven via een privé Facebook-pagina?
De richtlijn sluit af met 10 regels waar artsen en medische studenten zich aan moeten houden als ze gebruik maken van sociale media. Onder andere: ‘niet belastend over collega’s praten’, ‘privé en professionele profielen gescheiden houden’, en ‘terughoudendheid in product gerelateerde uitspraken.' De volledige richtlijn kan gedownload worden op de site van de Bundesärztekammer.
Bron: E-health-com
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!