Onderzoekers van de academische ziekenhuizen Radboud UMC en het Maastricht UMC+ hebben samen met Thuisarts een online hulpmiddel ontwikkeld. Het instrument, genaamd 'Wel of niet onderzoek doen naar dementie?' is bedoeld voor ouderen met geheugenproblemen, die zich zorgen maken over dementie. Het is geen middel om daadwerkelijk dementie vast te stellen.
De keuzehulp helpt twijfelende ouderen, samen met hun naasten en huisarts, een beslissing te nemen over een eventueel diagnostiektraject naar dementie. De huisarts speelt een belangrijke rol bij het diagnosticeren van dementie. Die kijkt niet alleen naar medisch inhoudelijke factoren. Voorkeuren, wensen en behoeften van de patiënt en de naasten spelen ook een rol. Maar die zijn niet altijd even duidelijk. Daarnaast beïnvloeden de verwachtingen van de patiënt de beslissing om voor een diagnosetraject te kiezen.
Thuisarts geeft aan dat het kan voorkomen dat ouderen niet openstaan voor een bezoek aan de huisarts, terwijl de keuzehulp dit toch aanraadt. Wanneer de naasten het verstandig vinden dat ze het geheugen laten onderzoeken, dan kunnen ze via dementie.nl, een platform van Alzheimer Nederland, specifieke tips gebruiken.
Wel of niet onderzoek doen naar dementie?
Ouderen met geheugenproblemen mogen alle tijd nemen die nodig is voor het voltooien van de keuzehulp. Thuisarts raadt aan om de test op een rustige plekje te doen, zonder afleiding. De antwoorden zijn achteraf online te bekijken en tevens uit te printen. Gemiddeld duurt het proces tussen de 10 en 15 minuten. Gegevens van de gebruikers worden niet opgeslagen.
De keuzehulp bestaat uit vier stappen met informatie over alles wat met geheugenverlies en dementie te maken heeft. De eerste stap behandelt het waarom van geheugenverlies op oudere leeftijd, hoe men dementie kan herkennen, of er medicatie bestaat en wat de zorg/hulp is bij dementie. In stap 2 staat het medisch onderzoek centraal. Er wordt toegelicht hoe een dergelijk onderzoek werkt, wat het resultaat kan zijn en wat dit betekent voor de patiënt en de naasten. Stap 3 gaat over de voor- en nadelen van een onderzoek naar dementie. In de laatste stap kiest de gebruiker twee keer een stelling, op basis van twee opties.
De eerste keuze:
‘Ik wil zo vroeg mogelijk de oorzaak van mijn klachten weten.’
‘Bij weinig klachten wil ik (nog) niet weten of ik dementie heb of ga krijgen.’
De twee keuze:
‘Ik wil weten of ik dementie heb zodat ik op tijd zorg en hulp kan krijgen.’
‘Ik wil (nog) niet weten of ik dementie heb, omdat dat te veel spanning en onrust geeft.’
Wat is dementie?
Dementie is een verzamelnaam voor ruim vijftig aandoeningen. De hersenen kunnen informatie niet meer goed verwerken en het geestelijke vermogen is afgenomen. De meest voorkomende aandoening is de ziekte van Alzheimer (70 procent). Ongeveer 290.000 Nederlanders hebben dementie. Er komen elk uur vijf nieuwe patiënten bij. Volgens het CBS is het de snelstgroeiende doodsoorzaak in Nederland. De verwachting is dat een half miljoen Nederlanders in 2040 dementie heeft.
Meer dan de helft van de mantelverzorgers geeft aan dat de diagnose langer dan een jaar heeft geduurd. Steeds meer onderzoek focust zich op het inzetten van digitale middelen bij het diagnosticeren en behandelen van dementie. Zo blijkt uit een eerder Belgisch onderzoek dat een combinatie van cognitieve en bewegingstraining de werking van de hersenen, de mobiliteit en symptomen van depressie kan verbeteren bij mensen met dementie.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!