Elke werkdag leest SmartHealth het eHealth en mHealth nieuws voor je. Is het relevant, actueel of opvallend, dan lees je het hier. Deze week: MedMij zoekt software ontwikkelaars, OLVG lanceert gipsapp, Facebook trekt stekker uit Moves, het Martini Ziekenhuis gaat een deel van zijn patiënten met COPD of hartfalen thuis monitoren, en extra geld voor ICT en eHealth in de huisartsenzorg.
MedMij organiseert Bounty Hunt voor softwareontwikkelaars
6 juli – MedMij is op zoek naar Ruby, Java, .Net, Python of PHP-ontwikkelaars om de ontwikkeling van een specifieke set aan technische specificaties conform de MedMij-afspraken op te pakken.
Het MedMij-programma wil ervoor zorgen dat elke burger op een gemakkelijke en veilige manier digitaal zijn of haar gezondheidsgegevens kan verzamelen, aanvullen en delen met andere zorgaanbieders. Het idee achter MedMij is dat er een gestandaardiseerd, landelijk afsprakenstelsel komt om betrouwbaar gegevens uit te wisselen tussen de systemen van zorgaanbieders en gemeenten enerzijds, en apps en websites die consumenten willen gebruiken om hun gezondheidsgevens te verzamelen.
Het programma is afhankelijk van zorg ICT-leveranciers die hun software moeten gaan voorzien van een MedMij-koppelingen en daarnaast volgens de MedMij afspraken gegevens moeten gaan uitwisselen. Daarvoor opent MedMij nu een wedstrijd gericht op ontwikkelaars die een specifieke set aan technische specificaties conform de MedMij-afspraken moeten oppakken. Aan deze opdracht zijn een aantal randvoorwaarden verbonden, zoals het, tegen een open source licentie, publiceren van de software zodat anderen hier ook gebruik van kunnen maken. MedMij schat dat de opdracht zo’n 8 tot 16 uur ontwikkeltijd in beslag neemt.
Winnende ontwikkelaars krijgen een financiële beloning en worden daarnaast genoemd in de nieuwsbrief en op de sociale media kanalen van MedMij. Geïnteresseerden kunnen zich tot vrijdag 13 juli aanmelden bij s.veereschild@medmij.nl.
En waarom de term Bounty Hunt? Wie het eerst komt, wie het eerst maalt, per opdracht en platform – aldus MedMij.
Bron: MedMij
OLVG lanceert eigen gipsapp voor patiënten
5 juli - Vanuit de gipskamer van het Onze Lieve Vrouwen Gasthuis (OLVG) in Amsterdam is er vandaag een nieuwe app gelanceerd: Gipskamer. Deze app moet patiënten die net in het gips zitten helpen met vragen als 'Mag je douchen met gips?' of 'Wat helpt tegen jeuk?'. De app werd bedacht door Lenny Keijlard, gipsverbandmeester in het OLVG. "Met de gipsapp is alle praktische informatie direct binnen handbereik. Ook leuke weetjes over hoe wij werken en tips voor het doen van oefeningen met gips zijn in de app te vinden. Vooral dit laatste zorgt ervoor dat de patiënt beter en sneller herstelt", aldus Keijlard.
Gebruikers van Gipskamer kunnen via de app ook direct contact leggen met de gipskamer, bijvoorbeeld voor spoedvragen of voor het maken van een afspraak. De app is gratis te downloaden voor Android en iOS toestellen. De Gipskamer app is gefinancierd door het OLVG-innovatiefonds.
Bron: OLVG
Facebook stopt met Moves
3 juli - The end of an era.... Dat kunnen we wel stellen, als Moves gebruikers van het eerste uur. Facebook maakt bekend de stekker uit fitness-app Moves te trekken. De reden: een te beperkt aantal gebruikers. De bewegingsapp werd in 2014 door Facebook gekocht - voor een onbekend bedrag - en het Moves team sloot zich aan bij de organisatie van Facebook. De aankoop van Moves betekende ook de eerste stap van Facebook in het gezondheid- en fitnessdomein, door een destijds populaire bewegingsapp op te kopen. Ten tijde van de aankoop had Moves vier miljoen gebruikers wereldwijd. Inmiddels werd de app al ruim een jaar niet meer ge’update. De app zal binnen een paar weken sluiten, meldt de social media gigant.
Naast Moves stopt Facebook ook met twee andere apps: de jongeren-app tbh en Hello. Alle data van gebruikers van deze apps worden binnen negentig dagen vernietigd, zegt Facebook.
Bron: Techcrunch
Martini Ziekenhuis gaat patiënten met COPD of hartfalen thuis monitoren
3 juli - Het Martini Ziekenhuis in Groningen gaat patiënten met COPD of hartfalen thuis monitoren. Patiënten krijgen van het ziekenhuis een tablet in bruikleen waarop ze dagelijks of wekelijks informatie over hun aandoening doorgeven aan het ziekenhuis. Wanneer de ingevoerde metingen boven de vastgestelde drempelwaarde komen, neemt het ziekenhuis via beeldbellen contact op met patiënten. Het Martini Ziekenhuis gaat samenwerken met FocusCura bij de twee projecten.
Vooral voor patiënten met COPD kan een bezoek aan het ziekenhuis fysiek zwaar, aangezien dat vaak een grote fysieke inspanning vraagt. Beeldbellen en zorg op afstand kunnen een uitkomst zijn. De hartfalen patiënten van het Martini krijgen naast een tablet ook een bloeddrukmeter en een weegschaal mee. Het ziekenhuis verwacht dat dat vooral voor patiënten die net gediagnosticeerd zijn met hartfalen en patiënten die in een instabiele fase zitten met hun hartfalen een uitkomst is. Bij die groepen moet de medicatie goed of opnieuw ingesteld worden. Het instellen van de medicatie en uitleg over ziektebeeld en leefstijl doen medewerkers van het Martini Ziekenhuis voortaan via beeldbellen. Patiënten hoeven daarvoor niet meer naar het ziekenhuis te komen.
Volgens Hans Feenstra, bestuursvoorzitter van het Martini Ziekenhuis, gaat het om patiënten met COPD en hartfalen die al onder behandeling zijn van het ziekenhuis, niet om het verplaatsen van zorg naar de huisarts, dus substitutie van zorg. Volgens de bestuursvoorzitter verlaagt het project de kosten van de zorg omdat spoedopnames worden voorkomen en er minder polikliniek-bezoeken nodig zijn. Dat het ziekenhuis daardoor minder inkomsten heeft, is opgevangen in de meerjarenafspraken die het Martini Ziekenhuis met Menzis en Zilveren Kruis heeft gemaakt. In die meerjarige afspraken is ook vastgelegd om meer initiatieven voor zorg dichtbij de patiënt te ontwikkelen. FocusCura en het ziekenhuis gaan onderzoek doen naar de resultaten van monitoring op afstand, meldt het persbericht.
Bron: Martini ziekenhuis
Bestuurlijk akkoord over huisartsenzorg: meer investeren in ICT en eHealth
2 juli - Er komt ruim 600 miljoen euro extra geld beschikbaar voor huisartsenzorg, onder meer voor verbetering van ICT en meer inzet van eHealth. Dat blijkt uit het onlangs gepubliceerde onderhandelaarsakkoord huisartsen 2019-2022. Met een onderhandelaarsakkoord maken politiek en partijen in de zorg afspraken met elkaar over de invulling, kwaliteit en kosten van zorg per sector. Eerder werd al een akkoord voor medisch-specialistische zorg gesloten, nu volgt dus een vier-jarig akkoord voor huisartsenzorg voor de periode 2019 tot en met 2022.
Wat opvalt in het akkoord is dat de huisartsenzorg, ook wel eerstelijnszorg genoemd, meer budget krijgt voor het verbeteren van ICT en eHealth-toepassingen. Volgens minister Bruno Bruins, die het akkoord vandaag publiceert, komt er tijdens de looptijd van het akkoord in totaal 471 miljoen euro beschikbaar, onder meer om huisartsen meer tijd te geven voor en met de patiënt, de NAW-zorg (avond, nacht en weekend-zorg op de huisartsenpost) te regelen, en voor hun ICT-infrastructuur.
Daarnaast stelt het ministerie voor de looptijd van het akkoord circa 133 miljoen euro beschikbaar, onder meer voor het versterken van ICT in de huisartspraktijk en digitale uitwisseling van gegevens met patiënten. De gegevensuitwisseling tussen patienten en huisartsen gaat OPEN heten. Via OPEN (Online patiëntinzage eerstelijnszorg Nederland) moeten patiënten de mogelijkheid krijgen om hun eigen dossier in te zien. In de ziekenhuiszorg en in de GGZ zijn vergelijkbare programma's. Per 2020 zijn zorgaanbieders wettelijk verplicht om patiënten digitaal toegang te geven tot hun gegevens. Voor het project OPEN komt in totaal 75 miljoen euro beschikbaar, verdeeld over vier jaar.
Het akkoord moet nog wel worden goedgekeurd en ondertekend door de achterban van de betrokken organisaties - de Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV), InEen, Patiëntenfederatie Nederland en Zorgverzekeraars Nederland (ZN).
Bron: Rijksoverheid
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!