Tientallen miljoenen mensen gebruiken dagelijks een activity tracker zoals die van Fitbit. Maar een aanzienlijk aantal daarvan stopt na een dag, een maand of een jaar met het tracken van stappen en activiteit. Kunnen leveranciers van trackers slimmere strategieën bedenken om ervoor te zorgen dat gebruikers hun activity tracker weer dagelijks omdoen? Dat is het onderwerp van een studie waarvan de resultaten deze week worden gepresenteerd op de Ubicomp in Heidelberg, een congres waarin wearable technologie centraal staat.
De onderzoekers van de Universiteit van Washington gebruikten social media en Internet om enkele honderden proefpersonen te vinden die gestopt waren met het gebruik van hun Fitband bandje. Ze vonden uiteindelijk 141 personen die mee wilden doen aan het onderzoek: Reconsidering the Device in the Drawer: Lapses as a Design Opportunity in Personal Informatics.
De helft van de gestopte gebruikers erkende een schuldgevoel te hebben over het in de la leggen van de Fitbit, en bijna iedereen in deze groep wilde de draad graag weer oppakken. Eenentwintig personen vonden dat ze niets hadden gehad aan hun tracker en vonden het gebruik ervan zelfs irritant, vijf personen waren gestopt omdat ze inmiddels voldoende inzicht hadden, en de rest (45) was er nog niet helemaal uit waarom men was gestopt.
Open deur
De onderzoekers keken vooral naar de manier waarop je tracking gegevens kunt tonen op een manier die maximaal motiveert om weer aan de slag te gaan. Ze kwamen daarbij op nieuwe inzichten uit, maar ook op enkele wagenwijd openstaande deuren (geen onbekende fenomeen in psychologische research).
Maar toch, open deur of niet, leveranciers van trackers maken in hun interfaces opvallend weinig gebruik van technieken die aantoonbaar bijdragen aan het weer oppakken van een bewustere levensstijl.
Een eerste observarie is dat het nogal wat uitmaakt of de proefpersoon de tracker slechts een paar dagen had gebruikt , enkele maanden, of onregelmatig gedurende een langere periode. Wanneer er weinig meetpunten zijn vonden proefpersonen het interessanter om hun gegevens per uur of per dag te zien, om daarmee toch wat inzicht te krijgen in hun beweeggedrag. Gebruikers die hun Fitbit langer hadden gebruikt vonden vooral de lange-termijn trends motiverend.
Positief framen van activiteit
De meeste winst is volgens de onderzoekers echter te behalen in het op een positieve manier framen van eerder behaalde resultaten. Het moet daarbij vooral gaan om wat wel is gelukt, en niet om het weergeven van de stappen die je niet hebt gehaald. Het is kennelijk niet motiverend om elke dag te zien dat je je aantal stappen weer niet hebt gehaald, geen enkel kleurig plakplaatje in je dagboek krijgt en gaandeweg het idee krijgt dat die 10.000 stappen onhaalbaar zijn.
Dat is vooral belangrijk wanneer je eigen gegevens vergeleken worden met die van andere Fitbit-gebruikers. De onderzoekers geven enkele voorbeelden van manieren waarop gegevens - zelfs bij weinig beweging - toch positief kunnen worden gebracht. In het onderstaande voorbeeld heeft een gebruiker een goede score behaald (10.840 stappen per dag), maar krijgt hij of zij de boodschap dat meer dan de helft van alle Fitbit-gebruikers het beter heeft gedaan.
Je kunt ook kijken of er ergens in de individuele data iets te vinden is waarmee de gebruiker zich positief onderscheidt van anderen. In de onderstaande weergave, bijvoorbeeld, ziet de gebruiker dat zijn of haar gemiddeld meest actieve uur van de week (2231 stappen) beter scoort dan de meerderheid van de andere Fitbit gebruikers.
Flauw? Misschien, maar toch bleken ondervraagde proefpersonen met deze positieve manier van data presenteren welwillender te staan tegen het weer oppakken van hun Fitbit. De proefpersonen vonden het prettiger om in vergelijkingen met anderen het halfvolle glas te zien, ook al ging het om dezelfde informatie. “Jij liep meer dan 52 procent van andere gebruikers” is dus motiverender dan “48 procent van de andere gebruikers liep meer dan jij”.
Geaggregeerde weergaven die geen 'gaten' tonen
Voor gebruikers die hun Fitbit onregelmatig gebruiken is het verder van belang dat in grafieken en overzichten weinig ‘gaten’ voorkomen. Je kunt beter weergaven hebben waarbij gegevens worden geaggregeerd, zoals:
De onderzoekers breken ook een lans voor de optie van ‘happy abandonment’: er is een groep gebruikers die de tracker bewust slechts een beperkte periode gebruikt om inzicht te krijgen in het eigen gedrag. Zij hebben wellicht een andere informatiebehoefte dan gebruikers die hun tracker (in ieder geval als ze beginnen) continu willen gebruiken.
De onderzoekers merken op dat de toon van de aanmoedigingen om (na een terugval) weer te gaan tracken nauw luistert. Gebruikers hebben een hekel aan paternalisme en loze kreten (You can do it!), en worden liever herinnerd aan positieve resultaten uit het verleden.
Trackbacks & Pingbacks
[…] post Goed design kan de activity tracker weer uit de la krijgen appeared first on […]
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!