In de serie ‘eHealth op de werkvloer’ spreekt SmartHealth met zorgprofessionals die dagelijks te maken hebben met eHealth-toepassingen. Veel van deze technologische innovaties betekenen op papier efficiënter werken, kwaliteitsverbetering of kostenverlaging: maar in de praktijk zijn er vaak genoeg obstakels te overwinnen. Een kwestie van tussen droom en daad? Deze week: Miriam Wilcke, manager behandelzaken en GZ-psycholoog bij Jellinek, een instelling voor verslavingszorg in de regio Amsterdam.
“Binnen de verslavingsbehandeling liepen we tegen een aantal dingen aan”, vertelt Miriam Wilcke. “Het behandelbereik van verslaving is beperkt: we bereiken slechts tien tot vijftien procent van alle mensen die een behandeling nodig zouden hebben. Middelenproblemen worden helaas omringd door schuld en schaamte. Men stapt makkelijker voor een depressie naar een psycholoog dan voor een verslaving. De drempel is dus hoog.” Daarnaast, gaat de GZ-pscyholoog verder, is het no show percentage hoog en zijn er veel mensen die halverwege hun behandeling stoppen. “Als laatste blijkt het erg lastig om mensen, buiten het contact met de behandelaar om, bezig te laten zijn met hun behandeling. Dat is jammer, want dat kan het resultaat van een behandeling sterk doen verbeteren.”
Zelfhulpmodule niet toereikend genoeg
Bij Jellinek was het al langer mogelijk voor mensen om gratis en anoniem via de website een zelfhulpmodule te doen. “We wisten al dat dergelijke modules effectief zijn: het is laagdrempelig, anoniem en mensen kunnen het in hun eigen tijd en op hun eigen tempo doen.” Die modules beperkten zich alleen tot lichte problematiek, vertelt Wilcke. “Voor zware verslavingen zijn zelfhulpmodules niet toereikend genoeg. Daarom zijn we met elkaar gaan kijken hoe we eventueel een combinatie konden maken tussen face-to-face en online, oftewel een blended behandeling.”
"Middelenproblemen worden helaas omringd door schuld en schaamte"
Die blended behandeling wordt MijnJellinek.nl, een online omgeving voor cliënten en hun behandelaars. “Bij het ontwerpen en inrichten van dat platform zijn we uitgegaan van onze standaard interventie. Je doorloopt dus een evidence based, geprotocolleerde behandeling, alleen is deze aantrekkelijker gemaakt met onder andere filmpjes, een bibliotheek en de mogelijkheid om tussentijds digitaal feedback te krijgen van je behandelaar. We hebben bij het inrichten continu in ons hoofd gehad: hoe maken we de stap naar behandeling zo klein mogelijk, hoe zorgen we dat patiënten goed geïnformeerd en actief zijn en hoe verkleinen we de drop out en no show?”
Een continu proces
De online omgeving gaat van start met vijftien medewerkers van Jellinek, al was er volgens Wilcke niet echt sprake van een klassieke ‘pilot’. “We wisten al dat dit uiteindelijk de nieuwe behandelvorm zou worden. Na die test-fase zijn we eigenlijk continu bezig geweest met de doorontwikkeling. Zo houden we bijvoorbeeld aan de achterkant gebruikersdata in de gaten en analyseren we welk soort opdrachten wel of niet graag gedaan worden.
"Behandelaren merken dat deze eHealth toepassing een kwaliteitsverbetering van onze zorg betreft"
Op basis daarvan voeren we aanpassingen door.” Daarnaast is er binnen Jellinek een focusgroep met cliënten die in het begin bij elkaar zijn geroepen om feedback op de online omgeving te verzamelen. Er worden ook wekelijkse meetings georganiseerd met de behandelaars, waarbij aan hen gevraagd wordt wat ze van MijnJellink vinden en waar ze tegenaan lopen. “Dat was een vrij intensief traject, maar we wilden echt de tijd nemen om MijnJellink goed te implementeren. De uitrol binnen de rest van de organisatie liep daarna goed, er bestond geen weerstand of tegenzin onder medewerkers. Behandelaren merken dat deze eHealth toepassing een kwaliteitsverbetering van onze zorg betreft.”
Op dit moment zijn er twee vaste medewerkers die wekelijks een paar uur bezig zijn met het verwerken van die feedback, het verzamelen van gebruikersdata en het doorvoeren van eventuele wijzigingen of verbeteringen. “Die cyclus van nieuwe versie, feedback, verbeteren, nieuwe versie gaat gewoon door.”
Meer werk?
Cliënten zijn volgens Wilcke enthousiast over het werken met de online omgeving. “We krijgen van hen terug dat ze de tussentijdse online feedback erg kunnen waarderen. Dat geeft hen het gevoel gesteund te worden, niet alleen tijdens de wekelijkse een-op-een sessies. Daarnaast horen we dat cliënten het prettig vinden dat ze in hun eigen tijd, bijvoorbeeld in het weekend of ’s avonds, bezig kunnen zijn met hun behandeling. Vroeger hadden ze alleen een werkboek, nu kunnen cliënten ook vaker en meer dingen zelf doen voor hun behandeling.”
"Nu kunnen cliënten ook vaker en meer dingen zelf doen voor hun behandeling"
Levert dat dan geen extra werk op voor de behandelaars binnen Jellinek? “Dat hoeft niet per se”, meent Wilcke. “Je moet wel twee of drie keer in de week tijd vrijmaken om feedback te geven, maar dat gaat vrij vlot én je kunt het doen op een moment dat het voor jou uitkomt.” Daarnaast maakt de blended behandeling het volgens Wilcke mogelijk om sommige cliënten minder te zien. “Als een cliënt als een speer door zijn of haar behandeling gaat en heel vlot de oefeningen maakt, hoef je elkaar soms minder face-to-face te zien. Als je een paar cliënten dan wel wat vaker contact leggen, heft dat elkaar in feite op."
Minder drop outs
Wat er ICT-technisch allemaal moest gebeuren om met MijnJellinek aan de slag te gaan, daar weet Wilcke het fijne niet van. "Gelukkig werken we nauw samen met onze ontwikkel partners. Wij kunnen aan hen doorgeven wat wij graag veranderd of
aangepast willen zien en zij proberen dat te realiseren binnen de technische mogelijkheden.” Ook de beveiliging van de patiëntgegevens ligt bij de ontwikkelaar, vertelt de manager behandelzaken. “Elk systeem dat wij binnen Jellinek in werking zetten, moet voldoen aan de gestelde voorwaarden. Privacy is het hoogste goed in dit soort situaties. MijnJellinek draait op een goed beveiligd en volledig gesloten systeem.”
De blended behandeling wordt op dezelfde manier vergoed als de reguliere face-to-face behandeling, dus dat hoeft voor een organisatie geen belemmering te zijn, vertelt Wilcke. “Je moet de ontwikkel- en implemenatiekosten van een project als MijnJellinek natuurlijk wel kunnen dragen. De tijd en energie die je steekt in het inwerken van behandelaren kun je bijvoorbeeld niet wegschrijven op cliënten.”
eHealth als onderdeel van de organisatie
Of Jellinek meer cliënten behandeld sinds de invoering van het online programma, is volgens Wilcke lastig te zeggen. “Wij proberen op allerlei manieren de stap naar een behandeling laagdrempelig te maken, door onder andere die anonieme zelfhulpmodules en gratis adviesgesprekken aan te bieden. Wat we wel met zekerheid kunnen zeggen is dat de drop out van mensen die al in behandeling zijn door MijnJellinek gedaald is.”
“Je moet je goed realiseren dat het niet ophoudt bij de implementatie”, vertelt Wilcke. “Zo’n project als MijnJellinek is niet iets wat je er zomaar bijdoet. eHealth moet echt een onderdeel van je organisatie worden. Je moet mensen vrijmaken om daar tijd in te kunnen steken, ontwikkelingen bijhouden en alert zijn op nieuwe mogelijkheden.”
Alle afleveringen van eHealth op de werkvloer lezen?
Met alle respect Miriam maar de dropouts komt voornamelijk door slecht personeel (veelal afgestuurde HBO studenten) en uitzendkrachten.
Zeer zwak argument dus.
Verder komt jellinek de afspraken met cliënten vrijwel nooit na.
Een afspraak om 9.00 uur is 10 uur goed resultaat.
Behandelplan wordt vrijwel nooit nagekomen. 6 weken word in eeneens 10 dagen.
Als de kwaliteit van personeel wil verbeteren door ehealth. Keep on dreaming. Wellicht dat je zelf iets hebt gebruikt.