De publicatie van de door minister Schippers gevraagde nulmeting naar het gebruik van eHealth in Nederland valt tijdens het kamerreces. We zullen dus waarschijnlijk nog even moeten wachten op de reactie van de minister op de uitkomsten. Ik zou daar als kamerlid best nieuwsgierig naar zijn.
Een jaar geleden schetste Schippers in een Kamerbrief een aantal ambitieuze doelstellingen om de inzet van eHealth nu echt van de grond te krijgen. Er is dus alweer een jaar verstreken van de vijf jaar horizon waarvan de minister uitgaat.
Eén conclusie ligt voor de hand: het moet van heel ver komen. Of het nu gaat om online inzage in patiënt dossiers, zelfmetingen en communicatie met je zorgverlener of beeldschermzorg: de nulmeting door Nictiz en NIVEL geeft aan dat het gebruik daarvan bij chronisch zieken en kwetsbare ouderen nog minimaal is. Die groepen zijn speerpunten in het eHealth-beleid van Schippers.
Ja, we hebben een appgebruiker gevonden!
Vooral het online delen van zelfmetingen met je zorgverlener komt slechts sporadisch voor. Welgeteld twaalf (12) van de bijna 1400 ondervraagde chronisch zieken en ouderen gebruiken naar eigen zeggen een app of een website om gezondheidswaarden bij te houden. En tien ondervraagden gaven aan dat de arts via een website of een app kan meekijken naar de gezondheidswaarden. (Tabel 3-2 op pagina 35).
Wil die ene chronisch zieke appgebruiker zich bij de redactie melden?
Feitelijk bevat de ambitie van de minister niet de eis dat het zelfmeten met slimme technologie gebeurd, en evenmin dat dit in samenwerking met de zorgverlener gaat. Ze zegt: “Van de chronisch zieken (diabetes, COPD) en kwetsbare ouderen kan 75%, die dit wil en hiertoe in staat is, binnen 5 jaar zelfstandig metingen uitvoeren, veelal in combinatie met gegevensmonitoring op afstand door de zorgverlener."
Telt pen en papier ook mee?
Met wat goede wil kun je een oudere die op een ouderwetse weegschaal staat en het gewicht op papier bijhoudt dus ook tot het 75 % streefpercentage van de minister rekenen. Maar de Kamerbrief ging natuurlijk wel expliciet over Informatie- en Communicatietechnologie (ICT) in de Zorg. De minister zegt ook dat je het wel zelf moet willen. Dat is al weer een slag om de arm. Maar hoe kom je nu voor de groep die het graag wil in de komende vier jaar van minder dan 1 procent naar 75 procent? En moet je dat wel willen?
Zoveel hoofden, zoveel zinnen
De reacties op de nulmeting zijn verdeeld over die vraag. De zorgconsument zit er niet op te wachten, hoor je bijvoorbeeld. eHealth voegt geen waarde toe, en het is niet wetenschappelijk bewezen, zegt een ander. Of: zolang artsen en verpleegkundigen dit niet actief aanbieden, zal het nooit van de grond komen. Nog een variant: de verzekeraars moeten het via de inkoop gaan afdwingen. Minstens net zo populair: commerciële aanbieders zullen de latente vraag bij zorgconsumenten gaan bedienen als de gevestigde orde het niet doet.
Er brandt nog licht op het ministerie
Je weet zeker dat de minister tijdens haar werkbezoeken en consultaties in het land alle varianten heeft meegekregen als goedbedoeld advies. Maar goed: die doelstellingen zijn nu eenmaal gecommuniceerd. En ze zal de Tweede Kamer dit najaar iets moeten laten weten over de voortgang. Come to think of it: zo'n nulmeting is natuurlijk ook al als voortgang te interpreteren. Ik denk dat het goed is dat haar beleidsadviseurs nog een paar rustige zomermaanden hebben om aan dat antwoord te werken. Vooral de rapportage over de voortgang van het bijna mythische Informatieberaad - het wondermiddel voor alle eHealth-problemen - zal nog wel wat revisies nodig hebben voordat er een tekst is die naar de kamerleden kan.
wellicht ook interessant
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!