Het is geen echte verrassing dat Google, gisteravond op zijn jaarlijke I/O conferentie, iets rond gezondheid zou introduceren. De naam was zelfs al uitgelekt: Google Fit. Even leek het erop dat Google alleen maar oog heeft voor innovatie in auto's, televisies en slimme horloges. Maar tegen het einde van de keynote opening onthulde product manager Ellie Powers de nieuwe gezondheidsfuncties voor Android, de Google software die op de meeste smartphones in gebruik is (behalve die van Apple). Google Fit moet hét platform worden dat consumenten gaan gebruiken om hun fitnessgegevens veilig op te slaan en nuttig te gebruiken. Concurrenten Apple en Samsung gingen de zoekgigant eerder dit jaar voor met vergelijkbare aankondigingen.
Toch is er een opvallend verschil: waar Apple en Samsung hun nieuwe producten ronduit op health (gezondheid) richten, lijkt Google vooralsnog iets bescheidener alleen het domein fitness te willen claimen. Het woord health viel niet één keer tijdens de presentatie, en de typische sportmerken Adidas en Nike werden eruit gelicht als partners met wie Google gaat samenwerken. Google's positioneert
Het woord 'gezondheid' viel niet één keer
Google Fit als een softwareplatform waarmee makers van apps, bijvoorbeeld een dieetcoach, op een eenvoudige manier de gegevens van allerlei zogeheten wearables kunnen gebruiken. De gegevens van die hartslagmonitors, stappentellers, bloeddrukmeters en andere sensoren worden tot nu toe vaak opgeslagen in individuele apps. Google wil de gebruiker een geïntegreerd beeld kunnen aanbieden, en daarmee softwaremakers ook helpen om betere, relevantere en meer motiverende apps te ontwikkelen. Als de gebruiker zijn gegevens ter beschikking stelt natuurlijk. Het idee dat de gebruiker de baas moet zijn over de eigen data kwam in meerdere Google-presentaties terug tijdens de conferentie. Toch blijft het curieus dat Google gisteren de gezondheidszorg als groot thema feitelijk links liet liggen, en de nadruk op fitness lag. Is fitness een paard van Troje, of heeft Google misschien hele andere plannen op dit gebied?
Wereldwijde mHealth en eHealth markt nog in beginfase
Apple, Google en Samsung zijn er in de afgelopen jaren in geslaagd om de smartphone tot een onmisbaar onderdeel van ons dagelijks leven te maken. Ze bieden een ecosysteem voor apps als Facebook, Whatsapp, Instagram, Twitter en letterlijk duizenden andere nuttige en minder nuttige toepassingen. Gezondheid lijkt het nieuwe speelveld te worden waarin de gunst van de consument moet worden veroverd. De markt voor sensoren, activity trackers en mHealth toepassingen is nog maar net goed op gang gekomen, en er zijn nog geen duidelijke winnaars.
Het potentieel voor preventie, wetenschappelijk onderzoek en omgang met chronische ziekten lonkt, maar niemand lijkt nog te weten wat de gouden formule is.
Innovatie heeft een grillig verloop, en kent ook verliezers
Eén ding is zeker: wie nu geen positie kiest staat over een paar jaar misschien aan de kant. Innovatie heeft een grillig verloop, en kent ook verliezers. Vraag het maar aan Nokia en Ericsson. Het resultaat van de zoektocht naar de gouden formule: tech-giganten komen met ronkende aankondigingen die opvallend veel overeenkomsten vertonen.
Apple en Samsung: vooral telefoons en tablets verkopen
Apple en Samsung nemen daarbij een andere positie in dan Google en bijvoorbeeld Microsoft. Voor de twee belangrijkste aanbieders van smartphones gaat het er vooral om dat de eigen hardware, de telefoons en tablets, de voorkeur van de consument houden. In verkochte aantallen is Samsung (dat met Google’s Android software werkt) veel groter dan Apple. Maar Apple zit met zijn design hardware, iOs software, iTunes en App Store in een lucratiever segment van de markt, en haalt met veel minder verkochte smartphones toch enorme winstmarges. Google’s positie is helder: het bedrijf wil met zijn technologie domineren in elke mondiale markt die binnen bereik lijkt, of het nu zakelijke communicatie, vervoer, gezondheidszorg of smartphones is.
Hét platform worden voor een specifiek gebied klinkt veel eenvoudiger dan het is. Het verleden leert dat Apple, Samsung en Google in cruciale consumentenmarkten ondanks hun marktpenetratie, technologie en miljarden niet vanzelfsprekend dominant werden. Neem de opkomst van social media. Facebook, Twitter, LinkedIn en hun hippere opvolgers als Instagram en Snapchat werden succesvol ongeacht welke smartphone je gebruikt. WhatsApp vermorzelde niet alleen de traditionele SMS-diensten, maar maakte ook Apple’s eigen iMessage irrelevant. Apple veranderde de muziekindustrie definitief met de iPod en iTunes, maar wist de transitie naar een succesvol streaming model a la Spotify nog niet te maken. Terwijl dat model veel harder groeit dan het oudere, ooit revolutionaire downloadmodel.
Wachten op nauwkeuriger en goedkopere sensoren
Het is eigenlijk nog volkomen onduidelijk hoe consumenten zullen omgaan met technologie waarin gezondheid en preventie een belangrijke plaats innemen. Daarom gokken de technologieconcerns op meerdere paarden, en vertonen hun ideeën voor een centraal platform zo veel overeenkomsten, of het nu Google Fit, Apple’s Healthkit of Samsung’s SAMI is. Voeg daar ook gerust Microsoft met zijn vorige maand vernieuwde HealthVault aan toe.
Alle platforms willen een centrale opslag bieden voor de gezondheidsdata die afkomstig is van sensoren die gegevens over activiteit, hartslag, bloeddruk, glucoseniveau en andere waarden bijhouden. Nu zijn dat nog de armbanden en slimme weegschalen van leveranciers als Fitbit, Jawbone, Withings en andere bestaande aanbieders. Maar de markt voor wearables wordt veel groter. Sensoren zullen nauwkeuriger en goedkoper worden. Ze zullen geïntegreerd worden in kleding, horloges, pleisters, brillen, contactlenzen en pillen.
Slimme horloges, brillen, lenzen en pillen
Dat is op zich al een grote consumentenmarkt die voor de grote tech-ondernemingen aanlokkelijk is. Apple zou bijvoorbeeld met een slim horloge vol met sensoren die markt kunnen openbreken, maar zal nooit een marktaandeel van honderd procent hebben. Daarom mikken alle aanbieders op papier in ieder geval op een open platform, waarin gegevens van alle leveranciers die zich aansluiten kunnen worden opgeslagen.
Maar dan? Wat gaat de consument met die gegevens doen? Over die vraag kreeg je bij de presentaties van Apple en Samsung grandioze toekomstvisies te horen. Maar over het gedrag van de consument op dit gebied weten we nog weinig. Eén ding is zeker: de consument gaat pas massaal om wanneer inzichten in je eigen ziekte of gezondheid relevant, betrouwbaar en gemakkelijk toe te passen zijn op je dagelijkse gedrag.
Dat is vooral van cruciaal belang bij preventie en het streven naar langer gezonder leven. Fanatieke fitness adepten en mensen met een (chronische) aandoening hebben sneller een sterkere motivatie om technologie te gebruiken. Mensen zonder gezondheidsklachten hebben dat kennelijk nog niet, maar in de strijd tegen een ongezonde leefstijl en de ziekten die daarbij horen is veel te winnen.
Toekomstscenario's
Hierbij komen verschillende scenario’s langs, die je terugvindt bij Apple, Samsung, Microsoft en deels ook bij Google. De big data van al die sensoren kan een grote hulp zijn in wetenschappelijk onderzoek naar veel voorkomende ziekten en mogelijke remedies. Door de persoonlijke gezondheidsdata via een centraal platform te koppelen met de reguliere gezondheidszorg (de computersystemen die zorgprofessionals gebruiken) zou zorg persoonlijker en efficiënter kunnen worden. Monitoring en real-time communicatie met medische professionals zou ervoor kunnen zorgen dat mensen vaker thuis kunnen blijven zonder kostbare ziekenhuis- of verpleeghuisopnames.
Investeringsfonds Google Ventures heeft toegang tot state-of-the-art medische technologie
In alle de platform initiatieven van Samsung, Apple en Microsoft is de link met de reguliere gezondheidszorg aanwezig. Apple liet vorige maand bijvoorbeeld weten nauw samen te werken met Epic, de grootste Amerikaanse aanbieder van software voor ziekenhuizen, maar ook met de vooraanstaande Mayo Clinic. Samsung heeft die link zelf al in huis, want de onderneming is ook een belangrijke producent van medische apparatuur. En Microsoft, je zou het bijna vergeten, is al sinds 2007 aan de weg aan het timmeren met HealthVault, een persoonlijk medisch dossier in de cloud. In Zweden zal HealthVault gebruikt gaan worden als nationaal Elektronisch Patientendossier (EPD). En ook Microsoft komt met een Microsoft Ventures Accelerator programma, op zoek naar medische en technologie start-ups. Maar Google heeft via zijn investeringsfonds Google Ventures ook toegang tot state-of-the-art medische technologie.
Kapers op de kust
Tegelijkertijd moet je niet vergeten dat technologie-concerns niet de enigen zijn die op de eerste rang willen zitten als de strijd om de gezondheidsdata van de consument losbarst. Zorgaanbieders als ziekenhuizen maar ook verzekeraars claimen al bij voorbaat een plek. [Philips en Salesforce.com lieten inmiddels ook weten te azen op dat platform.] De makers van smartwatches en sensoren willen met hun apps en sites dé centrale plek voor je persoonlijke gezondheidsdata worden. Als de geschiedenis zich herhaalt, zou een nu nog onbekend bedrijf misschien wel de Facebook van deze sector kunnen worden. Wel met smartphones van Apple en Samsung, maar zonder een cruciale rol voor deze aanbieders.
Of wordt een nu nog onbekend bedrijf de Facebook van de zorgsector?
Voor Google staat er in ieder geval veel op het spel. Het geflopte Google Health, dat in 2011 werd opgedoekt, was een eerste poging om consumenten een plek te bieden voor informatie over hun lichaam, gezondheid en behandelingen. Too little, too early, was toen het oordeel. Zelfs Google lukte het niet om consumenten te verleiden met een persoonlijk dossier in de cloud, waar dat wel lukte met gratis e-mail en landkaarten. Google Fit is in ieder geval geen versie 2.0 van Google Health. Destijds waren ontwikkelingen als sensoren, wearables, big data en personal genomics nog stippen aan de horizon. Het speelveld ligt er intussen radicaal anders bij.
Uit de andere presentaties tijdens de keynote van gisteravond werd in ieder geval wel duidelijk dat Google het breedste technologieplatform wil worden voor alle sectoren, of het nu auto's, televisies, games of wearables zijn. Dat de gezondheidszorg niet expliciet werd genoemd, zegt dan ook eigenlijk weinig over de positie die Google zich hier wil toeëigenen. Ze kiezen nu vooralsnog niet dezelfde route als Apple en Samsung. Tenzij er natuurlijk vandaag nog een verrassing uit de hoed wordt getoverd op de tweede dag van de conferentie.
Meer lezen? Google en Apple: boksers in digital health ring
Ik vraag me wel af of Apple's HealthKit en Samsung's SAMI uiteindelijk echt iets anders doet dat Google Fit. Met wat ik weet en heb gezien zit het verschil enkel in naam en niet in functie. Zowel het Fit platform en Healthkit verzamelen de data van de verschillende smarttrackers en pushen dit naar de diverse apps en derden.
Kortom, ik weet niet of je mag concluderen dat Health en Fit op het moment echt iets anders doen.
Hi Herve,
Apple gebruikte in de (dummy) screenshots van Health en Healthkit medische data, zoals medicatie, gegevens van je arts, bloedglucose waarden en bloeddruk. In de samenwerking met Mayo Clinic werd de nadruk gelegd op de koppeling tussen Healthkit en de klinische apps van Mayo en een directe link met je arts en je EPD. De koppeling met Epic is eveneens gericht op een integratie met reguliere zorg in het ziekenhuis
Google bleef daar ver weg van tijdens de presentatie van Fit. Geen koppeling met traditionele EPD-spelers, zorginstellingen als Mayo, en geen woord over bloeddruk of bloedsuikerspiegels. Nogmaals: het woord 'health' viel niet één keer, terwijl Apple juist veel breder inzette op zorg.
Wat ons betreft dus wel een voorlopig gerechtvaardigde conclusie.
SM : just for the record, het waren geen dummyschermen, het werkt écht al.
Herve : Mijn waarneming is dat Apple écht op gezondheidszorg in wil gaan zetten en Google (zorgvuldig het H-word" vermijdend op fitness en lifstyle. Zou mij niet verbazen als Apple over 5 jaar een wereldwijde zorgverzekering zal beginnen....
Hoe wordt er in de zorgsector naar deze platformen gekeken? De platformen lijken zich vooral op de consument te richten en minder op integratie met de backend systemen van ziekenhuizen, huisartsen, apotheken en laboratoria. MS Healthvault lijkt voorop te lopen als het gaat om integratie aan de "achterkant" is dat ook zo?
"de zorg" in algemene zin kijkt nog te veel als eGo systeem naar deze ontwikkelingen. Als Radboudumc proberen we juist bijdragen tot een eCo systeem neer te zetten. Onze samenwerking met Apple is daar een voorbeeld van. De koppelingen met zorg (niet alleen Zh)systemen is daarbij een belangrijke schakel. In ons geval (Hereismydata) met Epic, apotheken en huisartssystemen. Ik denk dat dit stuk van ontwikkelingen een échte markt gaat worden waar tot nog toe weinigen succesvol bleken te zijn. De tijdsgeest, maar ook het besef van een passend (ander) businessmodel, steun vanuit de politiek (zie Innovatiebrief VWS en RvZ rapport etc) lijken te wijzen op échte voortgang. Uiteindelijk zal ook deze business op gaan in de bestaande systemen, die het adopteren, danwel van de markt verdwijnen.
Wat mij opvalt aan al die systemen is dat ze groot zijn. Veel functionaliteiten, veel koppelingen terwijl het compleet onzeker is hoe een mogelijke afnemersgroep dit gaat gebruiken. Als ik zocdoc mag geloven was het al lastig om mensen in eerste instantie een online afspraak met een dokter te laten boeken.
De kunst is denk ik om iets kleins neer te zetten, dan testen in de echte wereld (gevalideerd leren) om vervolgens de boel om te gooien, weg te gooien of te verbeteren. Het motto van bol.com: fail fast, fall cheap is wel op z'n plaats. Google's eerste platform werkte inderdaad voor de gebruikers ook niet. Denk dat Microsoft Healthvault ook niet zal aanslaan. Innovatieve ideeën bedenken is een compleet andere wereld dan de innovatie geadopteerd krijgen. Voor http://www.openzorg.net gebruiken we de lean start up methode. Een absolute aanrader. Andere vraag; wat is er eigenlijk gebeurt met alle gezondheidsdata toen het platform van Google niet werkte?