In de serie eHealth op de werkvloer spreekt SmartHealth met zorgprofessionals die dagelijks te maken hebben met eHealth toepassingen. Veel van die technologische innovaties betekenen op papier efficiënter werken, kwaliteitsverbetering of kostenverlaging. Maar in de praktijk zijn er vaak genoeg obstakels te overwinnen. Een kwestie van tussen droom en daad? Deze week: Ton Vonk Noordegraaf, arts-onderzoeker in het VUmc in Amsterdam.
Afgelopen woensdag promoveerde Ton Vonk Noordegraaf met zijn onderzoek over de effectiviteit van een interactieve eHealth interventie na gynaecologische operaties. Vier jaar werkte hij als arts-onderzoeker in het VUmc in Amsterdam aan dit project.
"Patiënten herstelden langzamer dan we vanuit medisch perspectief zouden verwachten"
“Uit onderzoek bleek dat patiënten na een gynaecologische ingreep veel langzamer herstelden dan we vanuit medisch perspectief zouden verwachten. Afgelopen decennia zijn operatietechnieken sterk verbeterd en zijn er bijvoorbeeld kijkbuisoperaties ontwikkeld. Het verwijderen van de baarmoeder kan hierdoor in plaats van via een bikinisnede, een incisie in de onderbuik, soms ook via een paar kleine sneetjes plaatsvinden. Hierdoor zijn de operaties minder belastend geworden voor de patiënt. Omdat de kijkbuisoperaties aanzienlijk minder zwaar zijn dan via de grote buiksnede, zou je verwachten dat patiënten sneller herstellen van een kijkbuisoperatie en ook eerder terug zouden keren naar hun werk. Maar dat bleek lang niet altijd zo te zijn.”
Richtlijnen ontbreken
Er volgt een focusgroep discussies met patiënten, een literatuurstudie en brainstormsessies met het team gynaecologen en bedrijfsartsen in het VUmc. Al snel komt naar voren dat de belangrijkste reden voor het tragere herstel is dat er veel onduidelijkheid is rondom de operatie. Zo bestaan er bijvoorbeeld geen duidelijke richtlijnen met betrekking tot het hervatten van activiteiten na de operatie, waardoor patiënten in het duister tasten wat betreft hun mogelijkheden. Wanneer is het bijvoorbeeld medisch gezien weer toegestaan om vijf kilo te tillen, of tien kilo, en wanneer mag men weer fietsen? Doordat hier niet altijd advies over gegeven wordt en de adviezen tussen artsen onderling ook sterk verschillen, zijn patiënten onzeker over welke activiteiten ze wanneer weer mogen uitvoeren. Daarom nemen ze soms een passieve houding aan, legt Vonk Noordegraaf uit.
Patiënten beter informeren en actiever bij hun herstel en terugkeer naar werk betrekken, daar ligt dus de uitdaging. Maar hoe? Een eHealth interventie lijkt het onderzoeksteam de slimste weg.
"eHealth is uitermate geschikt om patiënten persoonlijk advies te geven"
“Als je iets wil communiceren naar patiënten, bijvoorbeeld wanneer ze welke activiteit weer mogen verrichten, dan is eHealth uitermate geschikt: je kunt patiënten namelijk persoonlijk advies geven. Een patiënt kan op basis van haar type operatie en operatiedatum advies op maat krijgen. Een eHealth interventie in de vorm van een website biedt daarnaast nog veel meer mogelijkheden om patiënten te empoweren. Bijvoorbeeld door hen te helpen een reïntegratieplan op te stellen voor na de operatie, het herstel regelmatig te evalueren en bij problemen hen de juiste zorgverlener aan te wijzen die verder kan helpen, antwoord kan geven op de vragen die ze hebben, of de mogelijkheid bieden om contact te leggen met lotgenoten.”
Aan de slag met Ikherstel.nl
Ruim 200 patiënten namen deel aan Vonk Noordegraaf’s promotieonderzoek. Een deel van hen kreeg een unieke inlogcode voor de e-module Ikherstel.nl, die hen koppelde aan hun behandeld gynaecoloog en hen toegang gaf tot hun persoonlijke gegevens. “Een patiënt krijgt gedetailleerd advies over de activiteiten die ze moet kunnen uitvoeren voordat ze haar werkzaamheden weer kan hervatten. Dat advies is nog wel gebaseerd op het standaard advies voor dat type operatie. Mochten er tijdens de operatie complicaties op zijn getreden, dan kan de gynaecoloog aangeven of het standaard advies op bepaalde vlakken aangepast moet worden aan de situatie van de specifieke patiënt in de e-module. ”
Vonk Noordegraaf werkte met een testpanel van gynaecologen. Het merendeel was erg positief over de eHealth module. “Sterker nog, 95% gaf aan het aan zijn of haar patiënten aan te willen bieden als het algemeen beschikbaar is. Ze vinden het prettig dat er nu duidelijke richtlijnen bestaan en het is handig dat een patiënt bij vragen of onzekerheden iets extra’s heeft om op terug te vallen. En het feit dat patiënten aanzienlijk sneller herstellen is voor hun natuurlijk ook van groot belang.”
Tijdbesparing in het ziekenhuis
Een gynaecoloog moet in eerste instantie het accorderen van de hersteladviezen van de eHealth interventie wel naast zijn of haar reguliere werk doen. “Maar het kost per patiënt slechts een minuut of drie, vier. Daar tegenover staat dat het ziekenhuis minder telefoontjes krijgt van patiënten, omdat ze er met de website al uitkomen. Nu wordt bovendien iedere patiënt nog standaard terug gezien op de polikliniek, maar het zou kunnen dat we in de toekomst door middel van selectie via de e-module sommige patiënten niet meer terug hoeven te zien omdat het herstel goed gaat. Dat creëert ook tijdbesparing voor de gynaecologen.”
Om objectieve patiënt-ervaringen te vergaren, wees een computer patiënten willekeurig één van de twee interventies toe: sommigen kregen de uitgebreide eHealth interventie,
78% van de vrouwen gaf aan dat de e-module haar echt geholpen heeft, 91% zou het aanraden aan een vriendin
anderen kregen een 'placebo' interventie waarin de standaard patiëntfolders terug te vinden waren. Patiënten wisten niet of ze ikherstel.nl of een website met standaardinformatie gebruikten. “Hierdoor konden we testen of onze e-module daadwerkelijk effectief is. Van de groep die gebruik maakte van de e-module zegt 78% van de vrouwen dat het haar echt geholpen heeft bij het herstel en 91% zou het aanraden aan een vriendin. De andere groep, met de placebosite, was overigens ook positief. 31% gaf aan zich geholpen te voelen door de website, 65% zou het aanraden aan een vriendin. Hieruit konden wij concluderen dat de placebo website zijn werking ook heeft gedaan. Verder zou je ook kunnen zeggen dat er over het algemeen blijkbaar behoefte is aan iets op internet om op terug te vallen.”
Hoe kunnen we patiënten het beste helpen?
Ikherstel.nl biedt meerdere services: de ontwikkelaars hebben gekeken naar de behoeftes en wensen van patiënten. “75% van de ondervraagden gaf aan erg blij te zijn met het duidelijke schema wanneer ze welke activiteiten weer kon ondernemen. 50% stelde de vragen en antwoorden (FAQ’s) op prijs en de links naar andere websites en informatie video zijn ook populair. Maar echt scheiden kunnen we het niet: gemiddeld zitten de vrouwen twee uur op de website en gebruiken ze meerdere tools.”
Dat de patiënttevredenheid zo hoog ligt is niet verwonderlijk. Vonk Noordegraaf heeft vanaf het begin tot het einde patiënten betrokken bij de ontwikkeling van Ikherstel.nl. “We zijn steeds met hen in gesprek geweest: wat gaat goed bij jullie herstel en wat niet, hoe kunnen we daarbij helpen, wat verwachten jullie van een eHealth interventie? We wilden immers een product maken waar patiënten behoefte aan hebben en geen product waarvan wij alleen denken dat het aan kan slaan.”
Wie gaat dat betalen?
Hoe zou die interventie op den duur ingezet worden? Volgens Vonk Noordegraaf is het plan om Ikherstel.nl landelijk uit te rollen. Maar daarbij stuit je op een lastige kwestie, namelijk: wie gaat dat betalen?
“We zien nu dat het gebruik van de interventie ervoor zorgt dat patiënten sneller terugkeren naar hun werk, de kwaliteit van leven hoger beoordelen en minder pijn hebben.
"De partij die er geld in steekt heeft wellicht niet direct zelf profijt"
Dat zijn allemaal gunstige factoren, in ieder geval voor de patiënt zelf. Maar grotendeels ook – financieel gezien – voor een werkgever of de verzekering die de verzuimkosten dekt, want een patiënt hervat haar werk eerder. Onze interventie speelt zich echter af in het curatieve domein, en niet die van de werkgever, en dat zijn twee aparte financieringsstromen. Dat bemoeilijk de financiering. Dus zijn we op zoek naar een partij die bereid is om hier geld in te steken. Diegene zal wellicht niet direct zelf profijt hebben.”
Toch gaat het volgens Vonk Noordegraaf niet om een enorm geldbedrag. “Het gaat vooral om het beheer van de website en het koppelen van patiënt en gynaecoloog. Het meeste geld zal nog in de beveilig van de e-module gaan zitten. Privacy-gevoelige informatie moet uiteraard goed beschermd zijn.”
Een koepel van zorgverzekeraars
De huidige site van Ikherstel.nl is gefinancierd door ZonMW, de Nederlandse organisatie voor gezondheidsonderzoek en zorginnovatie. Zouden zij niet ook voor langere termijn een geschikte financieringspartner zijn? “Daar moeten we nog over praten met hen. Momenteel loopt er nog een vervolgstudie naar dit project, waarmee we willen uitrekenen wat de echte kostenbesparing is van deze eHealth interventie. Daarmee heb je wat hardere bewijsvoering, wat waarschijnlijk de implementatie kan vergemakkelijken: als je deze module landelijk implementeert, dan kun je zoveel besparen.”
Een zorgverzekeraar of een koepel van zorgverzekeraars zou volgens Vonk Noordegraaf ook een goede partner zijn. “Die ervoor kunnen zorgen dat Ikherstel.nl in het basispakket wordt aangeboden aan alle vrouwen die dergelijke operaties ondergaan.”
Naast alle positieve berichtgeving is het volgens Vonk Noordegraaf wel van belang om te realiseren dat je in onderzoeksverband met een relatief gemotiveerde populatie te maken hebt.
"Bij landelijke uitrol bereiken we hopelijk de patiënten die behoefte aan extra begeleiding hebben"
“En die populatie is mogelijk niet representatief voor alle Nederlandse vrouwen. Nu zaten de proefpersonen gemiddeld twee uur op de website, maar dat zal waarschijnlijk lager liggen als je het landelijk gaat uitzetten. Aan de andere kant was de groep die nu meedeed aan het onderzoek een over het algemeen hoogopgeleid, namelijk 45%, tegenover een landelijk gemiddelde van zo’n 30%. Terwijl juist hoogopgeleiden normaal ook de weg naar informatie goed weten te vinden of goede informatie weten te verkrijgen van hun arts. Dus ik kan me ook voorstellen dat deze interventie bij landelijk uitrollen juist meer effect zal hebben, omdat je daarmee nog meer de patiënten kunt bereiken die behoefte hebben aan extra begeleiding.”
Nu Vonk Noordegraaf’s promoveren achter de rug is, wordt het tijd om weer verder te kijken. Blijft Ikherstel.nl in gebruik? “Ja, voorlopig in ieder geval nog wel in onderzoeksverband, daarna gaan we kijken hoe we het verder gaan implementeren."
Goed getimede informatie helpt de patiënt bij haar herstel. Mooi voorbeeld van een zorginnovatie die de kosten van gezondheidsproblemen gaat terugdringen. Breath, op adem na borstkanker, ontwikkeld door Radboudumc is een vergelijkbaar initiatief. Breath helpt vrouwen na de somatische behandeling met hun herstel en komt binnenkort landelijk beschikbaar. Patiënten, hulpverleners en onderzoekers komen zo tot interessante oplossingen die helpen de zorg duurzaam te maken. Welke zorgverzekeraar durft het experiment aan om €10, €20 of €30 per patiënt te betalen om landelijke beschikbaarstelling te stimuleren? Of verwachten we dat de patiënt dit bedrag zelf gaat betalen?