Afgelopen woensdag zat de redactie van SmartHealth met frisdrank (later op de avond bier), chips en notitieblokken voor het scherm om live het Kamerdebat over de begroting Volksgezondheid, Welzijn en Sport te volgen. Minister Edith Schippers had in de eerste termijn al een aantal vragen over eHealth en transparantie gekregen van diverse Kamerleden en die deels ook al schriftelijk beantwoord.
Toch blijft het interessant om de dynamiek van zo’n Tweede Kamer live te zien, ook al duurt het een paar uur. De gezichtsuitdrukkingen, de nauwelijks verholen wegwerpgebaren, de moeizaam ingehouden emotie, mooi studiemateriaal voor aankomende regisseurs van soapseries. Ook boeiend: Tweede Kamerleden en bewindslieden hebben de techniek van het niet beantwoorden van een gestelde vraag tot in detail gepolijst. Intonatie en het gebruikte vocabulaire suggereren dat wat men zegt wel degelijk inhoudelijk ingaat op een gestelde vraag, maar de inhoud van het antwoord is doorgaans een exacte herhaling van wat in eerste termijn is gezegd. Retorisch ambachtswerk van de bovenste plank.
Maar goed: we zaten daar natuurlijk om te kijken wat Kamerleden en de Minister te melden hadden over eHealth. Anderhalf uur in het debat probeerde Hanke Bruins Slot van
Retorisch ambachtswerk van de bovenste plank
het CDA Edith Schippers te verleiden om eHealth breder te zien: “Waarom antwoordt de minister op de door mij gestelde vragen dan dat zij het formuleren van een agenda voor zelfmanagement nu een stap te ver vindt, dat zij daar eigenlijk geen zin heeft en dat wij het dus bij eHealth houden?”
Kennelijk raakte ze een zenuw bij Edith Schippers, want die kwam met de volgende ontboezeming: “Wij hebben nog zo’n sprong te maken met bijvoorbeeld e-health die dingen mogelijk maakt, en ik moet u zeggen, ik heb wel eens eerder in deze kamer gezegd: toen ik minister was dacht ik, nou ik ga echt een push geven aan de procesinnovatie, want verdorie, daar laten wij toch zo veel liggen. We zijn nu drie jaar verder, en kijk nu eens hoe traag het gaat. En ik heb eigenlijk gezegd: 2014 moet het jaar worden waarin d’r schot in komt."
En toen, uit de grond van haar hart: “Ik ben het écht zat!”
Wij schreven simultaan “ik ben het echt zat” met een dik uitroepteken in onze notitieblokken en iPads, want zoveel goede artikelkoppen komen er niet langs in zo’n debat. Het debat ging nog enkele uren
Duidelijker dan dat kun je je standpunt over de trage voortgang van eHealth niet formuleren
verder, maar die ik ben het echt zat bleef in mijn hoofd hangen. Duidelijker dan dat kun je je standpunt over de trage voortgang van eHealth niet formuleren, lijkt me. Een puntige samenvatting van alle gedetailleerde antwoorden die haar ambtenaren eerder die week hadden opgesteld, maar dan in gewone mensentaal, en met emotie, en daardoor eigenlijk sympathiek.
Toen ik de volgende ochtend in de (online beschikbare) Handelingen van de Tweede Kamer de woordelijke tekst van Schippers ter controle nog eens bekeek, was de hele passage daar te vinden, behalve onze artikelkop. Ik moest denken aan Jan Marijnissen en zijn woorden effe dimmen, Voorzitter. Zou dat nog in de Handelingen staan? Peter Bootsma en Carla Hoetink zouden het vast weten. Die hadden immers voor hun boek “Over Lijken” alle bewaard gebleven stenogrammen met ontoelaatbare, geschrapte uitlatingen geanalyseerd. Voor de oorlog schrapte de Voorzitter van de Tweede Kamer zelfs woorden als ‘grappenmaker’ en 'praatjes'. Maar ik dacht vooral aan de twijfel die nu was ontstaan over die mooie kop boven ons artikel. Zouden we het nu echt alle drie verkeerd hebben gehoord? Hoe groot was die kans?
Nu heeft de Tweede Kamer, naast de online Handelingen, nog een mooie service waarop je alle debatten achteraf kunt bekijken. Maar het zorgdebat was toen nog niet online beschikbaar. Omdat we onze eigen oren eerder geloofden dan de Handelingen, ging Schipper’s ik ben het echt zat mee in ons artikel over het begrotingsdebat.
Gelukkig hebben we altijd nog debatgemist.tweedekamer.nl
En later die dag zagen we dat op 83 minuten vanaf de start die verzuchting wél in het videoverslag zat. Navraag bij de dienst stenografie van de Tweede Kamer – sommige vragen houden je nu eenmaal bezig – leerde me dat de notulisten de letterlijke spreektaal fatsoeneren tot leesbare zinnen, zonder de betekenis te veranderen. Kamerleden en bewindslieden kunnen de Handelingen achteraf altijd nog op verzoek laten aanpassen. Bij wetsvoorstellen kan het immers nauw luisteren. Maar in dit geval had de redacteur in kwestie zelf besloten dat ik ben het echt zat niets toevoegde aan de notulen.
Tja. Ik vond haar uitroep meer zeggen over hoe de minister over eHealth denkt dan talloze wél netjes genotuleerde zinnen ervoor en erna. Als ik parlementair geschiedkundige was, wat ik overigens niet ben, dan zou ik het jammer vinden dat dit soort zinnetjes zou verdwijnen. Gelukkig hebben we altijd nog debatgemist.tweedekamer.nl. Fast forward naar 83:00.
Beste Jan Jacobs,
Via uw verwijzing naar ons boek kwam ik op uw blogpost van ruim anderhalf jaar geleden. Leuk dat u ons boek kent! Ik kan uw slotzinnen alleen maar beamen. Uw ontdekking toont hoe waardevol het is als de opnames van de Kamerdebatten ook tot in de lengte van dagen bewaard gaan worden, want dat is nog wel een issue. In elk geval heeft de medewerker van de Dienst Verslag en Redactie zijn taak om te fatsoeneren hier erg nauw genomen...
Vriendelijke groet,
Carla Hoetink
Auteur Over lijken