Met een smartphone kun je natuurlijk bellen, mailen, gamen of whatsappen. Maar de nieuwste smartphones van Apple of Samsung zijn net zo krachtig als een bureaucomputer, en bevatten ook nog eens camera’s, microfoons en allerlei gevoelige sensoren, bijvoorbeeld om beweging te meten. Daarmee is de smartphone een universeel apparaat geworden. Met een passende app maak je er een pianostemmer, een kompas, een waterpas of een hartslagmeter van. Of een hulpmiddel voor chronisch zieken. Deskundigen zien een nieuwe consumentenmarkt in het verschiet.
De nieuwe generatie smartphones, zoals de iPhone 5s die Apple onlangs introduceerde, biedt veel kansen aan de ontwikkelaars van medische apps voor de behandeling van chronische ziekten, zoals Parkinson of arthritis. Dat zegt Daniel Forslund, chief strategy officer van het
Grote kansen voor ontwikkelaars van medische apps
Zweedse nationale innovatie-instituut Vinnova. Deze denktank met 200 medewerkers heeft een jaarlijks budget van 235 miljoen. Forslund is verantwoordelijk voor het stimuleren van strategische innovatie in de Zweedse gezondheidszorg. Volgens hem liggen er in Europa grote kansen voor ontwikkelaars van medische apps om de concurrentie aan te gaan met de gevestigde producenten van medische apparatuur.
“De nieuwe iPhone bevat ten opzichte van vorige modellen veel betere hardware om bewegingen te detecteren. Er is zelfs een aparte chip aanwezig om bewegingsinformatie snel te kunnen doorgeven aan apps. Tijdens en na de aankondiging ging de meeste aandacht uit naar fitness apps, die nu nog preciezer zouden kunnen bijhouden hoeveel stappen je zet of hoe intensief je beweegt. Maar de kansen voor medische toepassingen zijn nog onderbelicht gebleven”, aldus Forslund.
Reacties: vooral van fitnessleveranciers
Zijn inschatting lijkt te worden bevestigd door de eerste reacties op Apple’s nieuwe smartphone. De doorgaans goed geïnformeerde site Mobihealthnews vroeg bijvoorbeeld de oprichters van ondernemingen als Misfit Wearables, RunKeeper en MapMyFitness om commentaar. De voornaamste vraag hier was: heb je nog wel een losse armband of stappenteller nodig wanneer je smartphone je bewegingsactiviteit net zo precies kan bijhouden? Een hele lichting softwaremakers gokt erop dat de activity trackers van Fitbit, Nike en Jawbone overbodig zijn als je toch de hele dag je smartphone op zak hebt. Voorbeelden van dit soort toepassingen zijn de apps Human en Moves, maar ook apps als Runkeeper en MapMyFitness gebruiken de sensoren in je smartphone om te laten zien hoe hard je getraind hebt. Makers van medische apps kwamen echter niet aan bod in het artikel.
Juist kansen voor chronisch zieken
Forslund begrijpt de aandacht voor de snel groeiende wellness- en fitnessmarkt, maar de markt voor medische toepassingen is minstens net zo spannend, meent hij. Volgens hem zullen nieuwe apps op de betere smartphones in staat zijn om tremoren, stijfheid in gewrichten en respons op oefeningen veel nauwkeuriger te registreren. Daarmee krijgen patiënten gereedschappen voor een beter inzicht in hun ziekte en de behandeling, bijvoorbeeld de
"Bij medische apparatuur ga je soms tien jaar terug in de tijd"
respons op medicijngebruik. Dat was volgens hem tot nu toe vaak alleen maar mogelijk met kostbare medische apparaten die te duur waren voor algemeen thuisgebruik. “Het grote voordeel van de smartphone is dat gebruikers het als een normaal deel van hun dagelijks leven zien en snappen hoe hij werkt. Dat geldt niet voor de meeste medische hulpapparatuur.” Hij wijst erop dat het gebruiksgemak en de toegankelijkheid van de smartphone het gevolg zijn van een innovatie en intense concurrentie in wereldwijde consumentenmarkten. Medische hulpapparatuur, echter, wordt ontwikkeld voor veel kleinere en soms zelfs beschermde markten. Volgens Forslund ga je soms tien jaar terug in de tijd wanneer je naar het gebruiksgemak en de bediening van medische apparatuur voor zelfmanagement door patiënten kijkt.
“Er liggen volgens ons enorme kansen voor softwareontwikkelaars die het gebruiksgemak en de betere sensoren van smartphones kunnen omzetten in een nieuwe lichting medische hulpmiddelen.” Forslund denkt dat deze trend zal leiden tot een grote consumentenmarkt voor betaalbare, hoogwaardige hulpmiddelen, met een prijs die zelfs zonder een vergoeding van de verzekeraar binnen het bereik van elke consument ligt. Dat leidt uiteindelijk tot meer empowerment bij de zorgconsument, vooral in combinatie met andere ontwikkelingen zoals een persoonlijk gezondheidsdossier.
De Zweedse overheid wil in ieder geval aggressief inspelen op de aanwezige kansen voor makers van mobiele gezondheidstoepassingen. Volgens Forslund heeft Zweden een extreem hoog gebruik van mobiele toepassingen, een hoog ontwikkelde mobiele infrastructuur, een hoge adaptie van eHealth toepassingen en de nabijheid van high-tech multinationals. Vinnova werkt daarom aan voorlichtingsprogramma’s voor softwaremakers, standaardisatie en grootschalige testomgevingen voor medische apps. Daarnaast zijn er ook subsidies voor innovatieve appbouwers beschikbaar.
Belofte voor goedkope monitoring
Forslund staat niet alleen in zijn inschatting van het potentieel voor serieuze medische toepassingen. In het oktober-nummer van het tijdschrift Anesthesia & Analgesia schrijft Dr. J. Mark Ansermino van de University of British Columbia in Vancouver dat “de brede acceptatie van mobiele telefoons, ook in omgevingen met een beperkte infrastructuur, het mogelijk kan maken dat het monitoren van vitale functies tegen lage kosten voor iedereen beschikbaar wordt.” Volgens hem hebben moderne smartphones de rekenkracht en accucapaciteit om krachtige medische apparaten te worden, die door consumenten thuis kunnen worden gebruikt, maar ook kunnen communiceren met zorgprofessionals.
De smartphone blijkt overigens in combinatie met relatief goedkope hardware, die op de telefoon wordt geklikt of aangesloten, nu al een geduchte concurrent te zijn voor bestaande, vaak veel duurdere medische apparatuur. Voorbeelden zijn de Alivecor hart monitor ($ 199), een door de Amerikaanse FDA goedgekeurd ECG apparaat, of de iBGStar bloedglucosemeter van Sanofi. Een ander aansprekend voorbeeld is de CellScope Oto, een hulpmiddel waarmee een smartphone opeens een krachtig hulpmiddel wordt om om de gehoorgang en het trommelvlies te inspecteren. De eerdergenoemde FDA, de Amerikaanse inspectie voor onder meer medische apparatuur, meldde onlangs dat er inmiddels al meer dan honderd apps zijn gecertificeerd als volwaardig medisch hulpmiddel. De verwachting is dat dit aantal in de komende jaren explosief zal stijgen.
Bronnen:
FDA
Newswise/ International Anesthesia Research Society (IARS)
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!