Welke hartpatiënten ontwikkelen na hun infarct hartritmestoornissen? Op die vraag proberen onderzoekers van het Catharina Hart- en Vaatcentrum en TU Eindhoven een antwoord te zoeken binnen het onderzoeksproject COMBAT-VT. Daarmee moet een cardioloog kunnen bepalen hoe groot de kans op de ontwikkeling van hartritmestoornissen is.
Artificiële intelligentie en big data worden steeds belangrijker voor medische specialisaties, ook voor de cardiologie. Zo werkt het Nederlandse Catharina Hart- en Vaatcentrum en het TU Eindhoven aan een project, COMBAT-VT, waardoor cardiologen in staat zouden zijn om beter te voorspellen welke patiënten na een infarct later hartritmestoornissen kunnen krijgen. Op die manier zouden dokters ook beter kunnen inspelen op een zo goed mogelijke behandeling van de patiënt.
In hoeverre big data en AI nuttig kunnen zijn voor hartpatiënten, wordt nog volop onderzocht. Alvast uniek is dat er geen specifieke dataset samengesteld wordt voor elke patiënt. Dat wil zeggen dat er per patiënt gekeken wordt welke data beschikbaar is voor het ontwikkelen van voor die patiënt geschikte modellen. Die data kan bestaan uit radiologische beelden, ECG’s en metingen en gegevens uit het patiëntdossier. Die algoritmes moeten kunnen aangeven waarom een patiënt een verhoogde kans heeft op deze potentieel levensbedreigende ritmestoornissen.
Het onderzoeksproject staat onder leiding van cardioloog prof. dr. Lukas Dekker van het Catharina Ziekenhuis en biomedisch ingenieur prof. dr.ir. Frans van de Vosse van de Technische Universiteit Eindhoven. Het Catharina hart- en vaatcentrum is het grootste hartcentrum van Nederland en is gespecialiseerd in de behandeling van hartritmestoornissen.
Netelige kwesties
Het onderzoeksproject is een zeer ambitieus project waarbij allerlei uitdagingen bestaan. Zo begon het project met een pilot waar de onderzoekers antwoorden proberen te vinden op privacy-gerelateerde vraagstukken. De vraag was nog maar hoe de onderzoekers aan een bruikbare dataset konden komen zonder inbreuk te maken op de heersende privacywetgeving in Nederland.
De netelige privacykwestie zorgt ervoor dat het onderzoek veel tijd zal kosten. Het ziekenhuis stelde zelf al dat er een “nieuwe manier van patiënt-inclusie moet komen”. Voor de 50 patiënten die voor de pilot geselecteerd werden, duurde dat al ruim 100 dagen. Om genoeg data te kunnen verzamelen, zullen de onderzoekers inzetten op ‘data donorschap’, wat inhoudt dat patiënten aan het begin van hun behandeling om toestemming wordt gevraagd om al hun data gedurende het hele proces te delen. Toch is het maar de vraag of de huidige data-infrastructuur van ziekenhuizen is voorbereid op dit soort onderzoek waarbij tonnen data verzameld wordt.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!