DRJ
Episode #24 - Als u dit blog een beetje heeft gevolgd, dan heeft u gemerkt dat ons bedrijf de tooling waarmee wij televergaderen aanscherpt. Eerst was het Teams, toen werd het Zoom en nu is het Jitsi. Onze keuze wordt bepaald door aanbod en vraag.
Eerste punt security, tweede punt handigheid, derde punt kwaliteit. Met toch als vierde punt compatibiliteit, want een van de collega’s heeft de grootste problemen om vanaf z’n Apple op de spraak erbij te komen. Is geen issue voor onze scrum-master: “wie zwijgt die stemt toe.” De niet-compatibele collega heeft inmiddels voor maanden aan stinkklusjes op z’n naam staan… Hoorde ik daar de haan van de buurman kraaien?
Enfin, mijn vrouw is freelance notulist en ze zit eveneens in lockdown; samen met mij dus dat maakt veel (?) goed. Voor haar is het bovenstaande maar klein bier. Waar wij nerds verdwijnen in details, daar moet zij de boel sowieso nog aan de praat zien te krijgen. Concreet: tot vorige week was ze slechts bekend met FaceTime op de iPad. Voor haar zijn Teams, Zoom en Jitsi van hetzelfde laken een pak. WhatsApp, Skype, Messenger, Google Duo eveneens van datzelfde laken een pak. Alleen, zó werkt het niet…
Kijken en luisteren
Als notulist wil (lees: moet) je niet alleen kunnen kijken en luisteren, maar ook kunnen werken. Wat je hoort en wat je ziet, dat is wat je notuleert. Het juiste poppetje op het juiste minuutje. Dat betekent een extra beeldscherm, in haar geval een extra laptop. Als notulist wil (lees: moet) je het gesprek kunnen opnemen; altijd wel iemand die zichzelf niet prettig uit de verf vindt komen. Een orthodox opname-apparaat en een USB-headset werken niet prettig samen. Gelukkig hebben de meeste teleconferencing-tools een record-knop. Ik zeg enzovoort… Buurmans haan kraaide nogmaals.
Overbodige apparatuur
Mijn vrouw kan - uiteraard - terugvallen op mij. Ik heb nog wel ergens wat overbodige apparatuur liggen en anders knoop ik het wel aan elkaar. Haar opdrachten zijn (net als haar opdrachtgevers, die zich ook maar weten geconfronteerd met de waan van de Corona-dag) bepaald niet concreet, dus val ik van het een in het ander. Ze bedoelde Teams maar ze zei Zoom, nee, eigenlijk Google Meet. Ze had geen microfoon nodig maar toch weer wel, maar niet om te praten, denkt ze.
Een e-mailclient was niet nodig maar zonder ging het niet werken, iets met een link om op te klikken. Ik zeg enzovoort. Mijn kruistocht was nog niet volbracht, want toen opeens klapte het vaste internet eruit. De pleuris, gelukkig niet de Corona, brak uit: “Het is allemaal JOUW schuld!” Een mobiele hotspot – met powerbank onder mijn (!) smartphone – en een uurtje later was het allemaal voor de spreekwoordelijke bakker. “Dat wil toch reuze mee?”, aldus mijn inmiddels weer gekalmeerde vrouw, “Waarom doe je eigenlijk altijd zo moeilijk?” En de al genoemde haan kraaide voor de derde keer.
Over de gastblogger:
John Vanderaart was de eerste Nederlandse professionele game-programmeur. Bezitters van de legendarische Commodore 64 kennen hem als ‘John Vanderaart’ of DRJ – Doctor John. Onder die namen publiceert hij tekstadventures en schietspellen als Eindeloos. Tegenwoordig is hij senior developer bij maker van zorg-software WinBase, en werkt hij net als duizenden software-ontwikkelaars thuis. Op SmartHealth doet hij dagelijks verslag van zijn ervaringen. Lees hier alle afleveringen.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!