Britse onderzoekers verzamelden de ervaringen met en onderzoeken naar sociale robots zoals Paro, die ingezet worden in verzorgingshuizen. Wat is het effect van een knuffelzeerob, robotkat of robothond op het welzijn en de gezondheid van bewoners? Die vraag is lastig te beantwoorden, blijkt uit de onlangs gepubliceerde studie.
Hoe beïnvloeden 'robopets' de gezondheid en het welzijn van bewoners in verzorgingshuizen, vroegen onderzoekers van de Britse Universiteit van Exeter zich af. Ze doken in negentien eerdere onderzoeken en studies naar sociale robots, waaronder knuffelzeerob Paro, robokat JustoCat en NeCoRo, robohond Aibo en teddybeer CuDDler.
De ‘robopets’ of sociale robots hebben verschillende verschijningsvormen. Een van de bekendste is Paro, een robot in de vorm van een zeehond met een zachte vacht en dito uitstraling. Verwerkt in de robot zitten verschillende sensoren, die geluiden of aanrakingen opmerken en een elektronisch signaal sturen, bijvoorbeeld een spinnend geluid of piepje. Zo lijkt de sociale robot te ‘leven’ en te reageren op mensen.
Observationele data
De bestaande onderzoeken naar sociale robots zijn vooral kwalitatief van aard, met databronnen zoals observaties, interviews met zorgprofessionals en video-opnames van therapie en oefeningen. Bijvoorbeeld een studie met drie therapeuten van een verzorgingshuis waarmee een semi‐gestructureerd interview werd afgenomen en die gevraagd werden om een dagboek bij te houden.
Kwantitatieve onderzoeken zoals gerandomiseerde studies waarbij een sociale robot als interventie wordt onderzocht (met als controlegroep bijvoorbeeld een gewone knuffel in de vorm van een hond, kat of zeehond), waren in de minderheid. Daarom concluderen de onderzoekers in de meta-studie dat omgang met sociale robots een positief effect kan hebben op aspecten van welzijn, waaronder eenzaamheid, depressie en kwaliteit van leven door bewoners en medewerkers, maar dat er geen statistisch significant bewijs voor deze uitkomsten is. De enige statistisch significant uitkomst in eerder onderzoek was een vermindering van agitatie van bewoners die zeerob Paro gebruikten. In vergelijking met de controlegroep hadden zij minder last van gevoelens van onrust en agitatie.
Het plezier om ergens voor te kunnen zorgen, een stimulans om te praten over eigen huisdieren of herinneringen, en een aangename fysieke sensatie worden genoemd als positieve effecten van sociale robots. Maar die waargenomen effecten zijn niet significant en kunnen ook op toeval en persoonlijke voorkeuren berusten.
Negatieve effecten
Niet iedereen heeft een positieve ervaring met sociale robots. Sommige bewoners, medewerkers en familieleden hebben zelfs een afkeer of hekel aan een sociale robot, schrijven de onderzoekers. Ook kunnen er ongewenste of negatieve effecten optreden: bewoners raken angstig omdat ze te gehecht raken aan hun robot-huisdier, de robots zijn duur en er is extra training nodig voor het personeel. Ook zijn medewerkers bang voor infantilisering van hun bewoners.
Wat kunnen zorgverleners, ouderenzorginstellingen en beleidsmakers met dit onderzoek? Het geeft volgens de auteurs meer inzicht in gebruik van sociale robots en hoe deze geïntroduceerd kunnen worden bij collega’s en bewoners. Ook draagt de meta-studie bij aan bewustwording dat mens-robot interacties enorm variëren en beïnvloedt worden door persoonlijke ervaringen en de vorm en functie van de robot. Een sociale robot is geen vervanging voor menselijke interactie, wel lijkt het inzetten van een knuffelzeerob of -kat mogelijk te kunnen werken voor eenzame of onrustige bewoners, schrijven ze.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!