Met de Voortgangsrapportage eHealth en zorgvernieuwing informeren minister Schippers en staatssecretaris van Rijn (VWS) de Tweede Kamer voor de derde keer sinds 2014 over de stand van zaken rond eHealth en het daarbij horende stimuleringsbeleid. De peilstok daarvoor is de eHealth monitor die Nictiz al vier jaar achtereen in oktober publiceert. Standaarden, patiëntparticipatie, financiering en het vergroten van de kennis rond eHealth vormen de rode draad in die rapportages.
Wat opvalt in de meest recente rapportage is de grotere aandacht voor de regio als kristallisatiepunt voor eHealth-initiatieven en het belang van zachtere factoren als maatschappelijke innovatie. De eHealth monitor 2016 laat een gemengd beeld zien over de inzet van eHealth. Dat is inmiddels zo’n containerbegrip geworden, dat het onderscheid tussen reguliere zorgautomatisering en innovatie steeds lastiger te maken is. Het online een afspraak kunnen maken bij een dokter kan moeilijk onder de noemer innovatie worden geschoven wanneer de kapper en de garage die gemaksfunctie al jaren bieden.
Zelfs de kapper en de garage bieden de functie 'online afspraken maken'
Waar het gaat om het patiënten inzage geven in hun medische gegevens, een speerpunt in Schippers’ beleid, is er vooruitgang te zien aan de aanbodkant, vooral bij ziekenhuizen en huisartsen. Maar om de doelstellingen die Schippers in 2014 formuleerde te halen (tenminste 80% van de chronisch zieken en 40% van de overige Nederlanders directe toegang tot medische gegevens) zal er in de komende drie jaar nog veel moeten gebeuren. Dat geldt zeker voor de doelstelling dat personen die thuis zorg en ondersteuning ontvangen desgewenst via een beeldscherm 24 uur per dag met een zorgverlener kunnen communiceren. Videoconsulten komen, specifiek in de care-sector, nauwelijks grootschalig van de grond, zo blijkt uit de monitor 2016.
Wettelijke basis voor digitale inzage
Schippers loodste vlak voor de publicatie van de eHealth monitor en de voortgangsrapportage wèl haar wetsvoorstel over de burgerrechten bij de digitale verwerking van hun gegevens door de Eerste Kamer. Daarmee krijgt - weliswaar met een uitstel van drie jaar - het digitale recht op inzage van medische gegevens een wettelijke basis.
De belangrijkste concrete beleidsmaatregel hiervoor is de al eerder dit jaar aangekondigde ondersteuning van jaarlijks 35 miljoen euro voor een programma van de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen (NVZ). Die willen uiterlijk 2019 al hun patiënten via een portal toegang tot hun dossiers geven, en dat vraagt volgens de ziekenhuizen grote ICT-investeringen. Schippers komt de ziekenhuizen daarin dus tegemoet. De minister verwacht hiermee kennelijk meer versnelling dan door een financiële ondersteuning van de eerstelijns zorgaanbieders, zoals huisartsen.
Standaardisatie
In eerdere brieven kwam al ter sprake dat het ontbreken van informatiestandaarden de ontwikkeling van eHealth in de weg staat, vooral bij digitale uitwisseling van gegevens tussen zorgaanbieders. Het probleem is niet zozeer dat die standaarden er niet zijn, maar dat er nauwelijks urgentie is bij leveranciers en zorgaanbieders om daar afspraken over te maken. In de herfst van 2014 liet Schippers weten dat een breed overleg in het zogeheten Informatieberaad tot betere afspraken over IT-standaarden moet leiden. Na twee jaar rust er inmiddels een flinke druk op dit Informatieberaad om het motto “vrijwillig maar niet vrijblijvend” te vertalen naar concrete resultaten. De crux lijkt te zitten in het vinden van de juiste balans tussen een dwingende regie door VWS (afdwingen van standaarden) en de wens om alle partijen inbreng te geven.
Betrouwbare authenticatie
“Als mensen hun eigen gezondheidsgegevens willen en kunnen inzien moeten ze kunnen beschikken over (publieke en/of private) authenticatiemiddelen van voldoende hoog betrouwbaarheidsniveau”, schrijft de minister in haar brief. Daarmee benoemt ze een issue dat ook bij de beantwoording van kamervragen al aan de orde kwam. Het probleem is dat de huidige versie van de overheidsservice DigiD - wanneer je de wet- en regelgeving strikt interpreteert - niet veilig genoeg is voor toegang tot gevoelige medische gegevens.
Het is lastig zorgbestuurders aan te spreken wanneer alternatieve oplossingen nu nog niet beschikbaar zijn
DigiD biedt in principe een extra stap met SMS, maar die wordt lang niet overal in de zorg gebruikt. In de praktijk leidt dat tot een gedoogbeleid: het is lastig zorgbestuurders aan te spreken wanneer alternatieve oplossingen nu nog niet beschikbaar zijn. Dat is overigens niet de schuld van Schippers, want het zogeheten eID-dossier (de opvolger van DigiD) ligt bij haar collega Plasterk. Die heeft daar, gezien het recente kameroverleg hierover, voorlopig nog zijn handen vol aan. De Autoriteit Persoonsgegevens (AP) zegt desgevraagd dat “in zijn algemeenheid geldt dat bij het verwerken van medische gegevens de norm twee-factorauthenticatie is”, maar wil niet zeggen over hoe de toezichthouder hier in de komende tijd bij eHealth-toepassingen mee zal omgaan.
Wensen van patiënten
Een terugkerend thema in de eHealth-monitor is de kloof tussen het aanbod dat er al is en het gebruik daarvan door patiënten. Burgers lijken in veel gevallen nog niet te weten dat herhaalrecepten, afspraken en vragen ook bij hun eigen dokter al online te regelen zijn. Daarom wil VWS patiënten actiever gaan informeren, bijvoorbeeld in de nationale eHealth week die volgend jaar van 21 tot 27 januari wordt georganiseerd. Men lijkt bij VWS aan te voelen dat er ook nog een kloof kan zijn tussen wat de patiënt zoekt in eHealth diensten en de eHealth diensten die zorgaanbieders nu leveren. Een eerste informatiebijeenkomst rond dit thema leverde bijvoorbeeld op dat patiënten een goede gegevensuitwisseling relevanter vinden dan bepaalde privacy aspecten. Digitale vaardigheden, specifiek bij laaggeletterden, staan ook op de beleidsagenda van de minister.
Opleiding, bijscholing, richtlijnen
Zorgverleners onderkennen volgens Schippers de waarde van eHealth toepassingen voor een betere zorg, maar ze missen aandacht in de opleiding en bijscholing. Dat geldt vooral voor verpleegkundigen. Tegelijk geven professionals aan dat digitale toepassingen beter moeten aansluiten op hun eigen werkwijze en dat er meer ondersteuning op de werkvloer moet zijn. VWS wil werk maken van het integreren van technologie in HBO en MBO-opleidingen, en wil daarbij samen optrekken met de partijen van het zogeheten Zorgpact.
Zorgprofessionals geven aan dat eHealth-toepassingen geen deel uitmaken van richtlijnen
Zorgprofessionals geven volgens Schippers vaker aan dat eHealth-toepassingen geen deel uitmaken van richtlijnen en kwaliteitsstandaarden voor goede zorg. Wanneer eHealth al wordt genoemd in een richtlijn (bijvoorbeeld die voor diabetes of depressie) dan is dat zo algemeen dat je er in de praktijk niets aan hebt. VWS wil in gesprek gaan met het Kwaliteitsinstituut en met beroepsverenigingen om te bekijken hoe eHealth-toepassingen een plaats kunnen krijgen in de professionele richtlijnen. Dat is geen actie die op korte termijn tot resultaat zal leiden, wanneer je kijkt naar het tempo waarin de richtlijnen zonder eHealth erin vorm krijgen. Maar het lijkt wel een noodzakelijke voorwaarde om digitale zorg op de werkvloer meer geaccepteerd te krijgen.
Financiering
Schippers wil het hardnekkige beeld wegnemen dat regels rond financiering en verzekeraars eHealth initiatieven blokkeren. Ze geeft aan dat de rol van financiers van zorg zoals verzekeraars, zorgkantoren en gemeenten van cruciaal belang is bij zorginnovatie. “Ruimte voor innovatie in het contract met of een vergoeding door verzekeraar of gemeente bepaalt niet zelden of een innovatie het wel of niet haalt.” Maar volgens haar geven recente voorbeelden aan dat innovatie in de inkoop en meerjarige samenwerkingen met ziekenhuizen wel degelijk ruimte bieden. Daarbij gaapt er in de praktijk wel een kloof tussen de ambities van de directies van verzekeraars en innovatoren die in hun eigen regio financiering moeten regelen met de inkoper van de verzekeraar. Schippers wil met de Autoriteit Consument & Markt (ACM) in gesprek gaan welke ruimte zorgverzekeraars hebben bij de samenwerking rond innovatieve zorgtrajecten, de rol van patiëntenverenigingen bij de inkoop vergroten en zet daarnaast in op publiek-private samenwerking via zogeheten Health Impact Bonds.
Startups
Startups zijn in de visie van VWS cruciaal voor innovatie. Schippers richt haar beleid daarbij vooral op de fase tussen een werkend product en de grootschalige implementatie daarvan: de valley of death.
Het zogeheten Fast Track initiatief - waarvoor in de komende drie jaar 20 miljoen euro beschikbaar is - ondersteunt midden- en kleinbedrijven bij de opschaling van kansrijke eHealth initiatieven. Het Fast Track loket is vanaf vorige week via de website van zorgvoorinnoveren.nl bereikbaar. De grootste uitdaging bij de selectie van die initiatieven zal daarbij zijn om vast te stellen of het gebrek aan financiering de cruciale belemmering is voor opschaling.
Is gebrek aan financiering de cruciale belemmering voor opschaling?
Nederlandse participatie-maatschappijen en venture capital verschaffers houden niet automatisch de hand op de knip wanneer het om eHealth startups gaat. Ze hebben steeds beter in de gaten welke weeffouten of niet-financiële belemmeringen er in een business model zitten. Het Fast Track programma zal moeten zoeken naar de combinatie van niet privaat financierbaar en tegelijk kansrijk en/of maatschappelijk gewenste diensten of producten. Bij dat laatste criterium spelen speelt het gevaar dat de haalbaarheid van het verdienmodel naar de achtergrond verschuift.
Een waaier van maatregelen
Schippers zet met een breed pallet van maatregelen en acties in op de stimulering van eHealth. De drie doelstellingen uit 2014 lijken meer een symboolfunctie te krijgen dan dat ze urgente speerpunten zijn die de bindende factor zijn in de beleidsdoelstellingen. Daarbij voel je ook dat VWS wil meegaan in de tijdgeest van agile en snel leren wat wel en niet werkt. Beter dertig kansrijke initiatieven op alle fronten dan alle kaarten zetten op één centraal meerjaren programma, lijkt de gedachte van Schippers en haar ambtenaren.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!