Elke werkdag leest SmartHealth het eHealth en mHealth nieuws voor je. Is het relevant, actueel of opvallend, dan lees je het hier. Deze week: rechter stelt VZVZ in het gelijk, app voor mensen met dementie, en telemonitoring bij chronische ziekte kan pijn verminderen, blijkt uit nieuwe studie.
Uitspraak in rechtszaak tegen LSP
23 juli - De rechtbank in Utrecht heeft vandaag de VZVZ - Vereniging van Zorgaanbieders voor Zorgcommunicatie, verantwoordelijk voor de ontwikkeling van het LSP - in het gelijk gesteld. De partij VPHuisartsen had de rechter in maart gevraagd om VZVZ te verbieden door te gaan met de uitrol van het landelijk schakelpunt (LSP), de elektronische snelweg waar medische gegevens kunnen worden uitgewisseld. Enkele problematische punten van het LSP zijn volgens VPHuisartsen dat er ‘geen bewijs is voor de beweringen dat het LSP leidt tot betere of veiliger zorg; VPHuisartsen meent dat met het LSP juist het risico van schijnveiligheid ontstaat, die medische fouten in de hand kan werken.’ Ook vindt de organisatie dat het LSP ‘op gespannen voet staat met oa. de Wet bescherming persoonsgegevens en de geheimhoudingsplicht van artsen’. Bovendien worden de veiligheidsrisico’s onderschat door de oncontroleerbaarheid van wie gegevens opvraagt en de grootschalige, landelijke opzet, vindt de VPHuisartsen.
De rechter wijst die eisen nu af en stelt de VZVZ in het gelijk. Uitwisseling via het LSP verloopt volgens de VZVZ veilig en efficiënt. VZVZ-bestuursvoorzitter Ben van Miltenburg: “Dit is voor ons een positieve en belangrijke uitspraak. Wij kunnen ons nu weer volledig richten op ons werk voor zorgverleners en patiënten. De uitspraak is een bevestiging van de juiste koers van VZVZ en de zorgvuldige werkwijze van de betrokken zorgverleners in Nederland.” Van Miltenburg verwacht dat de uitspraak een belangrijk signaal is voor nog meer zorgverleners om het LSP verder te gaan gebruiken.
VPHuisartsen: uitspraak ondoorgrondelijk en einde beroepsgeheim
Herman Suichies, huisarts en woordvoerder van VPHuisartsen, is vanzelfsprekend teleurgesteld over de uitspraak. Hij noemt de conclusie van de rechtbank ondoorgrondelijk. Volgens hem luidt deze uitspraak het einde van het beroepsgeheim in. “Wanneer je na een periode van vele jaren nog maar 15 procent van de burgers hebt weten te overtuigen van het nut van dit systeem, zou je toch verwachten dat er meer weerstand zou zijn tegen het idee dat het LSP de facto verplicht gaat worden.”
Minister Schippers stelde zich in een recent kamerdebat over de privacy van patiënten op het standpunt dat het LSP niet verplicht is voor huisartsen: " Ik regel echter niet via welk systeem of op welke manier dat moet, want dat moet juist aan het veld worden overgelaten. Dat betekent dat er nu heel veel systemen actief zijn. Dat is in tegenstelling tot wat ik net heb gehoord. Men zegt namelijk dat er eigenlijk alleen maar LSP is. Er zijn echter tientallen systemen actief."
VPHuisartsen vindt dat de zorgverzekeraars via de inkoop in de praktijk een aansluiting op het LSP zullen afdwingen. Suichies hoopt dat de Eerste Kamer na de zomer, bij de behandeling van de Wet Cliëntenrechten Zorg die onlangs door de Tweede Kamer is aangenomen, nog weerstand zal bieden aan de zijns inziens verplichte aansluiting op het LSP voor huisartsen.
Rechtbank: LSP is alleen theoretisch een vrije keuze
Opvallend genoeg gaat de rechtbank in zijn uitspraak mee in de gedachte dat het LSP feitelijk het enige alternatief zal worden voor huisartsen: Naar het oordeel van de rechtbank blijkt uit de in het Businessplan genoemde streefpercentages van 90 tot 100% voor deelname door de verschillende zorgaanbieders en 90% door de patiënten, de vermelding dat de verzekeraars hun financiering afhankelijk zullen maken van de behaalde aantallen aansluitingen, in samenhang met de afspraken om het thans gebruikte elektronische uitwisselingssysteem OZIS uit de markt te halen, dat het de bedoeling is dat het LSP gaat fungeren als het gangbare systeem voor elektronische uitwisseling van medische gegevens. Dat het een ieder vrij staat om een eigen uitwisselingssysteem op te zetten, zoals VZVZ betoogt, is theoretisch wellicht juist, maar gelet op de kosten van het opzetten van goed functionerend systeem is deze keuzevrijheid niet reëel. Door OZIS uit de markt te halen wordt de keuzevrijheid zelfs verder beperkt.
Volgens de rechtbank is er voor de huisarts, anders dan VZVZ stelt, in de praktijk geen sprake van een vrijblijvende keuze.
VPHuisartsen gaat de uitspraak van 14 pagina’s nu eerst bestuderen voordat er een besluit valt over vervolgstappen.
Dementie-App helpt dementerenden, familieleden en mantelzorgers
22 juli – “Het begon met kleine dingen; je verhaal twee keer moeten vertellen, een beetje heen en weer lopen en met lege handen uit de keuken komen. We kennen het van gewoon ouder worden. Maar uiteindelijk stond het feit vast en werden ook wij geconfronteerd met een wereld die we totaal niet kenden, dementie.” Dat schrijven Pieter en Harm Hasenaar, twee broers die geconfronteerd worden met de ziekte van Alzheimer bij hun moeder. Dan ontstaat het idee om een app te ontwikkelen om mensen die te maken krijgen met dementie bij elkaar te brengen, met functies zoals het bekijken van foto’s, het luisteren van muziek en het spelen van geheugenspelletjes om cognitieve vaardigheden te trainen.
Per jaar krijgen 20.000 mensen de diagnose dementie. Voor alle familieleden, vrienden, mantelzorgers en mensen met dementie willen Pieter en Harm de dementia-App ontwikkelen. Met de app kun je foto’s bekijken, en die herinneringen nog levendiger maken met muziek. Ook kun je beeldbellen en chatten. Voor dementerenden zijn er ook een aantal specifieke functies toegevoegd. Zo heeft dementia-App eenvoudige en herkenbare spelletjes zoals memorie, om cognitieve vaardigheden te trainen te trainen. Ook kun je als familielid een bericht ontvangen wanneer iemand zich buiten een aangegeven gebied bevindt.
De app is er nog niet; Pieter en Harm startten in mei via seeds.nl (een onderdeel van ABN AMRO) een crowdfunding campagne. “Voor deze ontwikkeling naar product hebben we 100.000 euro nodig, waarvan 25.000 middels crowdfunding. Dit bedrag zal gebruikt worden voor de technische uitvoering van de dementia-App en de lancering in Nederland”, schrijven de broers op de website. Dat bedrag is inmiddels succesvol opgehaald via seeds.
Minder pijnstillers, betere begeleiding
21 juli - In Amerika is een van de eerste klinische studies uitgevoerd naar het effect van telemonitoring (zorg op afstand) op pijnbestrijding bij chronische ziekten. Zorg op afstand en telemonitoring zijn effectieve hulpmiddelen voor eerstelijns zorgverleners om chronisch zieken beter te monitoren en om de hoeveelheid pijnstillers te verminderen, blijkt uit het onderzoek. Tijdens de studie werden 250 chronisch zieken met musculoskeletal pain (een chronische aandoening aan spieren, gewrichten en botten) gevolgd. De patiënten hadden onder andere lage rugpijn, nekpijn en pijnlijke gewrichten. De helft van de 250 patiënten ontving reguliere zorg, de andere helft ontving naast de standaard zorg ook een jaar lang telefonische monitoring. De patiënten die naast de reguliere zorg ook telemonitoring ontvingen, hadden twee keer zoveel kans om 30% minder pijn te hebben na twaalf maanden. Ook merkten onderzoekers op dat telemonitoring-patiënten minder pijnstillers gebruikten.
'Pijn' is voor chronisch zieken vaak een reden voor doktersbezoek (in totaal 70 miljoen bezoeken in de VS per jaar), dus de onderzoekers zijn optimistisch over de eerste bevindingen van dit onderzoek. Telecare Collaborative Management of Chronic Pain in Primary Care - A Randomized Clinical Trial, gepubliceerd in het toonaangevende Journal of the American Medical Association (JAMA), is een van de eerste grootschalige onderzoeken naar het effect van zorg op afstand op pijnbestrijding.
Bron: Medical Economics
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!