Eind januari werd op het congres bachelor Nursing 2020 het nieuwe opleidingsprofiel voor HBO-verpleegkunde gepresenteerd. “Over vijf à tien jaar herkennen we de zorg zoals die nu is niet meer,” sprak minister Edith Schippers, die het congres opende. De verpleegkundige wordt volgens de bewindsvrouw van Volksgezondheid, Welzijn en Sport de ‘motor van de nieuwe zorg’, maar daar is wel een vernieuwde opleiding HBO verpleegkunde voor nodig.
Het huidige profiel stamt uit 2001 en is sterk verouderd, vertelt Peter Koopman, voorzitter van de Stuurgroep Bachelor of Nursing 2020. Vernieuwing van het opleidingsprofiel is nodig door maatschappelijke ontwikkelingen, zoals de vergrijzing en toename van patiënten met (meerdere) chronische ziekten. Verpleegkundigen moeten voorbereid zijn op technologische ontwikkelingen zoals domotica en eHealth. En de actuele hervormingen in de zorg, zoals de verschuiving van zorg van intramuraal (binnen instellingen) naar huis en de intrede van de wijkverpleegkundigen, maken dat het opleidingsprofiel aan herziening toe is.
Het nieuwe opleidingsprofiel is ontwikkeld door zeventien Nederlandse hogescholen
Dat nieuwe opleidingsprofiel is ontwikkeld door zeventien Nederlandse hogescholen, die samenwerken in het LOOV, het Landelijk Overleg Vervolgopleidingen Verpleegkunde. In november 2013 startte het LOOV met een flink traject: de ontwikkelen van een toekomstbestendig opleidingsprofiel voor de verpleegkundige, met de codenaam Bachelor of Nursing 2020. Ongeveer dertig procent van alle verpleegkundigen zijn op HBO-niveau opgeleid: ieder jaar starten ruim drieduizend studenten met deze opleiding, volgens cijfers van het LOOV. Voor ROC’s, die mbo-verpleegkundigen opleiden, is er overigens nog geen centraal overlegorgaan zoals het LOOV.
Lokale context
Met de oplevering van het nieuwe opleidingsprofiel staan hogescholen nu voor de uitdaging om hun opleidingen en curricula vorm te geven. Koopman: “Het nieuwe opleidingsprofiel biedt de garantie dat alle verpleegkundige bachelors die vanaf 2020 uitstromen breed zijn opgeleid en verpleegkundige zorg kunnen verlenen aan degenen die daarop zijn aangewezen. Tegelijkertijd biedt het de hogescholen en de studenten in hun curricula de ruimte om eigen keuzes te maken, mede afhankelijk van de lokale context.” Kortom: per regio gaan onderwijsinstellingen met zorgaanbieders samen het keuze-onderwijs en stages vormgeven, zodat de eerste studenten vanaf september 2016 volgens nieuwe curricula worden opgeleid.
Nieuwe rollen en competenties
Naast onderwijskundige veranderingen zijn er ook een aantal flinke inhoudelijke veranderingen in het nieuwe profiel voor de beroepsopleiding tot verpleegkundige. Zo worden verpleegkundigen vanaf 2016 bijvoorbeeld meer generalistisch opgeleid zodat ze in alle sectoren van de zorg aan de slag kunnen.
Een verpleegkundige is zorgverlener, maar ook communicator en samenwerkingspartner
Na vier jaar opleiding moeten studenten met dit nieuwe opleidingsprofiel voldoen aan een aantal competenties. De beroepscompetenties van HBO-verpleegkundigen worden geordend onder de zeven rollen, of competentiegebieden volgens het CanMEDS model. De CanMEDS werd begin jaren ’90 ontwikkeld door het Royal College of Physicians and Surgeons of Canada, en werd internationaal overgenomen voor medische opleidingen. Die rollen zijn nauwkeurig uitgewerkte competentiegebieden, zoals zorgverlener, communicator, samenwerkingspartner en gezondheidsbevorderaar.
De verpleegkundige van 2020 staat open voor innovaties
In de rol als zorgverlener zouden verpleegkundigen bijvoorbeeld zelfmanagement moeten versterken, door het ondersteunen van zelfmanagement van mensen, hun naasten en hun sociale netwerk. In de rol als communicator is de verpleegkundige actief en vaardig op internet en gebruikt hij of zij sociale media op integere en professionele wijze.
De verpleegkundige van 2020 staat open voor innovaties. In het nieuwe opleidingsprofiel is er meer aandacht voor technologische ontwikkelingen, zoals eHealth en domotica. Volgens de CanMEDS methode kan een verpleegkundige ‘het bieden van zorg op afstand toepassen als aanvulling op het persoonlijk contact met de zorgvrager’, en kent zij of hij de nieuwste toepassingen van ICT gericht op het verbeteren en ondersteunen van communicatie in de zorg.
Colleges over beeldzorg
Bij de Hogeschool Utrecht is al een begin gemaakt met het aanpassen van het curriculum. Thijs van Houwelingen is promovendus bij het Kenniscentrum Innovatie van Zorgverlening, onderdeel van de HU, en docent bij de bachelor Verpleegkunde. Hij doet onder meer onderzoek naar de adoptie van technologie door verpleegkundigen en geeft les. “Onderwijs vertrekt vaak vanuit een lijst met taken en competenties. Vervolgens wil je daarna ook kijken hoe je dat mensen kunt aanleren”, aldus Van Houwelingen.
Bij de HU worden in de huidige opleiding Verpleegkunde al verschillende lessen besteed aan eHealth en zorgtechnologie. Neem bijvoorbeeld het blok over ouderenzorg dat studenten in het eerste jaar krijgen, met hoorcolleges over hoe eHealth ingezet kan worden in de zorg voor ouderen. Ook wordt momenteel een zogenaamd Skills Lab ontwikkeld, een ruimte waarin studenten de mogelijkheid hebben om met de nieuwste technologie te kunnen oefenen. Bij de opleiding verpleegkundige komt ook een huiskamer die wordt ingericht met observatietechnologie, zodat studenten tijdens hun opleiding kunnen oefenen met het monitoren en klinisch redeneren op afstand.
Bereidheid om eHealth te gebruiken
Met zijn promotieonderzoek onderzoekt Van Houwelingen bij welke beroepsactiviteiten verpleegkundigen gebruik kunnen maken van technologie en welke kennis, houding en vaardigheden hiervoor zijn vereist. “Hoe kun je ervoor zorgen dat verpleegkundigen meer open staan voor technologie? Een belangrijke factor blijkt het nut voor de cliënt: op het moment dat technologie wordt gepresenteerd vinden verpleegkundigen het belangrijk dat het bijdraagt aan welbevinden van de cliënt”, aldus Van Houwelingen. “Daar kunnen we in het onderwijs wat mee, door bijvoorbeeld in hoorcolleges concrete voorbeelden te geven van wat eHealth een patiënt kan opleveren.” Ook is volgens hem van belang het verwachte gebruiksgemak van eHealth duidelijk te maken. “Als je denkt dat je het kunt, zul je ook eerder bereid zijn de techniek te accepteren, en er op te vertrouwen dat je het kunt.”
Studenten van de Hogeschool Utrecht oefenen met beeldschermzorg in de klas
Aansluitend op het nieuwe opleidingsprofiel heeft de HU het document Verpleegkundige eHealth taken en de daarvoor benodigde competenties uitgegeven, gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek bij onder meer het Kenniscentrum Innovatie van Zorgverlening. Het document beschrijft veertien verpleegkundige beroepstaken waarbij eHealth wordt ingezet, en laat zien welke kennis, vaardigheden en attitudes er nodig zijn. Taak 1, het analyseren en interpreteren van binnengekomen data afkomstig van zelfmetingen en automatische controles, vereist bijvoorbeeld dat een verpleegkundige in staat is apparatuur te controleren op functionaliteit en dat hij of zij kennis heeft over de procedure wat te doen in geval van nood. Ook moet een verpleegkundige gezondheidsdata effectief kunnen gebruiken in de zorg, bijvoorbeeld door te presenteren aan collega-zorgverleners. Ook gaat het document in op vaardigheden die nodig zijn voor beeldschermzorg met een patiënt, kennis over technologie om sociale netwerken te vergroten, en intercollegiaal consult verlenen via beeldcommunicatie. Allemaal concrete competenties die de verpleegkundige van 2020 op zak moet hebben, als het aan de Hogeschool Utrecht ligt.
Masteropleiding
Ook op andere plekken in Nederland wordt er gewerkt aan opleidingen toekomstbestendig maken. Bij NHL Hogeschool in Leeuwarden start in september bijvoorbeeld de nieuwe masteropleiding Zorg, Welzijn en Technologie, onder het lectoraat iHuman.
Het is een deeltijdopleiding voor professionals die werken in de sectoren zorg en welzijn, vertelt Marjolein Bijlsma, die als docent HBO-Verpleegkunde werkt bij de NHL Hogeschool. De masteropleiding Zorg, Welzijn en Technologie volgt op de bachelor opleidingen, zoals bijvoorbeeld HBO-Verpleegkunde en sociaal pedagogische hulpverlening (SPH). In twee jaar tijd volgen de studenten vier masterclasses, waarin steeds
Hoe krijg je collega's mee in nieuwe werkwijzen?
een andere fase uit een innovatieproces centraal staat. Vragen die tijdens de master aan bod komen zijn voorbeeld: hoe beoordeel je eHealth-toepassingen op kwaliteit? Wat komt er kijken bij de ontwikkeling van een eHealth-toepassing? Hoe verbind je mensen van verschillende disciplines en hoe krijg je ze mee in nieuwe werkwijzen? Volgens de NHL Hogeschool werken studenten tijdens de masteropleiding aan praktijkopdrachten die ze direct kunnen toepassen binnen hun eigen organisatie.
Op meer plekken in Nederland zullen studenten die aanstaande september starten met hun zorgopleiding al merken dat er veranderingen in het onderwijs plaats gaan vinden. In 2016 moeten de hogescholen het nieuwe opleidingsprofiel verwerkt hebben in hun les- en cursusaanbod, zodat de verpleegkundige van 2020 een gedegen opleiding heeft gehad die hem of haar voorbereidt op een werkveld dat er anders uit ziet dan we nu gewend zijn.
Meer lezen?
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!