Huisartsen die in hun spreekkamer rekening houden met verschillen tussen mannen en vrouwen, bieden een betere kwaliteit van zorg dan huisartsen die dat niet doen. Dankzij software kunnen huisartsen vrouwen met een verhoogd risico op een beroerte eerder herkennen.
Hine van Os is arts-onderzoeker aan het LUMC op het gebied van eHealth, data science en beroerte. Ook is hij werkzaam bij NeLL, het National eHealth Living Lab. Hij vertelt: "Ons onderzoek geeft antwoord op de vraag hoe we vrouwen met een verhoogd risico op een beroerte - dus een herseninfarct of -bloeding - eerder kunnen opsporen. Als huisartsen deze vrouwen in een vroegere fase herkennen, zijn ook preventieve acties eerder mogelijk, zoals leefstijlinterventies en het voorschrijven van medicatie."
Big data biedt uitkomst
Beroerte is een van de belangrijkste oorzaken van lichamelijke beperking en overlijden in Nederland, zegt Van Os. "Andere voorbeelden van vrouwspecifieke factoren zijn migraine, hormonale stoornissen en zwangerschapsvergiftiging. Deze factoren spelen vooral een rol bij vrouwen onder de 50 jaar, voor wie het risico op beroerte doorgaans erg laag is. De vraag is of er combinaties zijn van vrouwspecifieke factoren met traditionele risicofactoren die tot verhoging van het risico op beroerte kunnen leiden. Dit onderzoeken we nu in een ‘big data’-onderzoek, waarbij we gebruik maken van al bestaande data die in het Hacking Stroke project geanalyseerd worden."
Hacking Stroke project
In het Hacking Stroke project wordt gebruik gemaakt van een landelijk databestand waarin alle gegevens staan die huisartsen in hun elektronisch patiëntendossier routinematig bijhouden. De gegevens uit zo’n routine zorgdatabestand zijn minder betrouwbaar dan die uit een wetenschappelijk onderzoekscohort, zegt Van Os. "Maar met deze routine zorggegevens bereiken we wel een enorme schaal, namelijk 1,5 miljoen mensen. Door deze grote schaal kunnen we nu vragen beantwoorden die we niet goed kunnen onderzoeken in gangbare wetenschappelijke onderzoeksdata."
Aan het LUMC ontwikkelde Van Os een software applicatie die huisartsen kunnen gebruiken om het risico op hart- en vaatziekten van hun patiëntenpopulatie weer te geven. Doel is om deze software aan te passen om ook vrouwen met een verhoogd risico op een beroerte te identificeren. Daarmee kunnen huisartsen deze groep vrouwen eerder uitnodigen voor een gesprek, en de genoemde risico’s uitleggen en leefstijlaanpassingen bespreken.
"De implementatie van deze software is natuurlijk een hele klus. We zijn nu in de fase dat we met alle relevante partijen bespreken wat hiervoor nodig is. Zo moet deze applicatie niet te veel extra werk voor huisartsen en hun praktijkondersteuners opleveren, en moet het gebruik ervan niet te veel extra geld kosten. De verzekeraar denkt ook over mogelijke oplossingen mee", besluit Van Os.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!