Ouderen- en gehandicapteninstellingen werken met elektronische cliënten dossiers (ECD), die door talloze ICT-leveranciers in Nederland worden aangeboden. Uit onderzoek van het Nederlandse adviesbureau M&I/Partners blijkt dat die ECD’s niet langer alleen binnen de muren van de zorginstelling worden gebruikt, maar ook gekoppeld worden met systemen en zelfmeetapparatuur buiten de instelling. M&I/Partners vroeg aan elf ECD-aanbieders hoe zij de toekomst van het ECD zien.
De aanleiding voor het onderzoek was tweeledig, aldus Fabienne Eurlings, die samen met Joost Adams vanuit M&I/Partners het onderzoek heeft uitgevoerd. “We zagen bij meerdere instellingen in Nederland al best veel technologische innovaties op de werkvloer, maar we konden niet goed bepalen in hoeverre deze ook in verband stonden met het ECD.” Daarnaast viel het Eurlings en Adams op dat de ECD-leveranciers, ondanks hun focus om elk jaar alle wijzigingen wat betreft registratie en facturatie in het ECD in te bouwen, zelf ook tijd maken voor innovatie. “Alle leveranciers kiezen daarin wel een eigen domein, bijvoorbeeld een specifieke koppeling met valdetectie of andere domotica”, aldus Eurlings.
In de publicatie komen elf leveranciers aan het woord, namelijk Adapcare (Pluriform Zorg), Cormel IT (QIC), De Heer Software (PlanCare), ECARE (Puur), Nedap (ONS), Nedercare (MoreCare4), PinkRoccade Healthcare (mijnCaress), Symax (MeXtra), TTS (ResidentWeb), UNIT4 (Cura) en VCD (Vinova).
Nieuwe generatie ECD's
Het ECD moet niet verward worden met het EPD, het elektronisch patiëntendossier. Los van de terminologie (in de care wordt vaak gesproken van cliënt in plaats van patiënt) zijn het andere leveranciers dan bedrijven die ICT-systemen voor ziekenhuizen maken. Volgens M&I/Partners hebben ECD’s een ontwikkeling meegemaakt in de afgelopen jaren. Waar de eerste versies van ECD’s vooral één op één ondersteuning boden bij de digitalisering van het papieren proces en gericht waren op administratie, ontwikkelden deze geleidelijk naar dossiers die een uniforme werkwijze en duidelijke afspraken van het multidisciplinaire zorgproces ondersteunen. En nu gaan we een nieuwe tijd tegemoet waarbij elektronische cliënten dossiers ook keteninformatie ondersteunen, volgens M&I/Partners. De belangrijkste innovatie binnen het zogenaamde ECD 3.0 zoals Eurlings en haar collega die definiëren, is dat deze nieuwe generatie ECD’s kunnen koppelen met informatie die de cliënten zelf verzamelen via wearables, apps of domotica.
"We gaan een tijd tegemoet waarbij elektronische cliënten dossiers ook informatie afkomstig van cliënten ondersteunen"
In de praktijk worden er bij enkele van de elf aanbieders volgens Eurlings al daadwerkelijk koppelingen gerealiseerd tussen het ECD en domotica of eHealth-toepassingen. Een voorbeeld daarvan is de ECD-leverancier De Heer Software, die aangeeft de mogelijkheid te bieden om aan te sluiten op diverse alarmeringssystemen in de thuiszorg en verschillende thuismeetapparatuur als een bloeddrukmeter en weegschaal. Of Nedercare, die hun oplossing koppelt met het externe eHealth-platform Jouw Omgeving en MijnTherapie van IPPZ.
HealthKit of Microsoft?
Maar nog niet iedereen is al zover. De leverancier Ecare geeft aan graag te willen koppelen met Microsoft HealthVault of Hereismydata van het Radboudumc. Nedap laat weten bezig te zijn met verschillende onderzoeken waarbij wordt gewerkt met onder andere Apple’s gezondheidsapp HealthKit. PinkRoccade laat weten in de toekomst graag in hun ECD inzichtelijk te kunnen maken welke domotica-faciliteiten een cliënt heeft en of er incidenten of meldingen zijn en de leverancier Symax geeft aan voor de toekomst bezig te zijn om zoveel mogelijk slimme apparaten veilig te laten rapporteren in het ECD.
Toch zijn er nog een aantal drempels die genomen moeten worden, met name op het gebied van standaardisatie, aldus Eurlings. “Wij denken dat zowel leveranciers als zorginstellingen de komende drie tot vier jaar nog hard bezig zijn om een ECD 3.0 te realiseren. Dat heeft allereerst met de technologie te maken. Een veelgehoord punt is de behoefte van leveranciers aan meer standaarden in de care, bijvoorbeeld op het gebied van data-uitwisseling. In de ziekenhuiswereld is men een stuk verder met data-uitwisseling tussen verschillende systemen, in de care loopt dat erg achter. Dat heeft als gevolg dat iedereen het wiel opnieuw uitvindt en er ontzettend veel maatwerk koppelingen gemaakt worden. Voor grootschalige opschaling werkt zoiets natuurlijk niet.”
Wie is de eigenaar?
Daarnaast spelen er organisatorische vraagstukken, met name bij de zorginstellingen waar het ECD 3.0 geïmplementeerd moet gaan worden. “Zorgorganisaties merken dat ze moeten nadenken over autorisatie en over wie eigenaar is van welke data. Vroeger had je een dossier en de eigenaar was de instelling, dat was duidelijk. Maar hoe zit het met de data die een cliënt zelf thuis verzamelt - bijvoorbeeld met een bloeddrukmeter - en vervolgens in het ECD terechtkomt? Wie is er dan verantwoordelijk? Die uitwisseling tussen verschillende partijen vraagt om het maken van nieuwe werkafspraken en het naleven van wet- en regelgeving.” Dat gaat dus om aanpassingen in processen, maar ook in het gedrag van medewerkers en cliënten.
"Zorgorganisaties merken dat ze moeten nadenken over autorisatie en over wie eigenaar is van welke data"
Volgens Eurlings is het ook interessant om te zien hoe de nieuwe ECD-leveranciers een heel andere blik hierop hebben dan de gevestigde orde. “We zien dat de nieuwkomers vinden dat het ECD echt van de cliënt zelf is en dat hij of zij er samen in werkt met de zorgverlener. Bij de leveranciers die hun ECD al tien of vijftien jaar geleden hebben opgezet is dat een heel ander verhaal, dat is helemaal niet op die manier gebouwd. Die gevestigde leveranciers lossen dat op door op hun ECD een cliëntenportaal te bouwen waarbij de cliënt een stukje van zijn of haar dossier kan inzien. Maar zo open en gelijkwaardig als dat bij de nieuwe generatie systemen gaat, is het niet.”
Nieuwe leveranciers hebben wat dat betreft een voorsprong, meent Eurlings. “Zij haken op een heel ander punt op deze ontwikkeling in.” Tegelijkertijd ervaren de nieuwkomers het nadeel dat ze nog wel even bezig zijn voordat ze alle functionaliteiten kunnen bieden die de gevestigde orde al wel biedt.
PGD, EPD, ECD?
Hand in hand met het ECD gaat het persoonlijke gezondheidsdossier (PGD), meent Eurlings. “Die ontwikkeling loopt parallel. Leveranciers moeten er rekening mee houden dat cliënten en consumenten steeds meer middelen – zoals apps en wearables – krijgen om op hun eigen smartphone een persoonlijk gezondheidsdossier bij te houden. Een leverancier moet deze producten niet over het hoofd zien of zomaar zelf apps gaan ontwikkelen: speel in op de ontwikkeling dat mensen zelf met voorkeursapps komen.”
"Leveranciers moeten inspelen op de ontwikkeling dat mensen zelf met voorkeursapps komen"
Idealiter wordt het PGD een bronsysteem waarop het ECD of het EPD wordt aangesloten. “Het PGD wordt het middel waarop alles samenkomt, ook als een cliënt bij meerdere zorginstellingen zit of gebruikt maakt van verschillende apps of zelfmeetapparatuur. Het ECD blijft zijn functie binnen de muren van de zorginstelling behouden, maar leest ook alle informatie die een patiënt bijvoorbeeld over zichzelf verzamelt uit. Zo staat de patiënt centraal.”
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!