Als een groot voorstander van innovatie, vooral digitale innovatie in de zorgsector, stond ik niet direct te juichen bij het lezen van het artikel ‘Where the Digital Economy is moving the fastest’ in Harvard Business Review. Leest u even mee?
Take, for example, Singapore and The Netherlands. Both are among the top 10 countries in present levels of digital evolution. But when we consider the momentum – i.e., the five-year rate of change from 2008 to 2013 – the two countries are far apart. Singapore has been steadily advancing in developing a world-class digital infrastructure, through public-private partnerships, to further entrench its status as a regional communications hub. Through on-going investment, it remains an attractive destination for start-ups and for private equity and venture capital. The Netherlands, meanwhile, has been rapidly losing steam. The Dutch government’s austerity measures beginning in late 2010 reduced investment into elements of the digital ecosystem. Its stagnant, and at times slipping, consumer demand led investors to seek greener pastures.
De Nederlandse zorgsector geldt als internationaal toonaangevend, en we hebben een geweldige zorginfrastructuur die het voor iedere Nederlandse burger mogelijk maakt om de beste zorg te ontvangen. Maar de bewering in Harvard Business Review lijkt gegrond: als we kijken naar digitale innovatie, leunt de overheid momenteel (te) veel op de private sector. Bezuinigingen hebben ertoe geleid dat investeringen en venture capital in digital health achter lopen, in vergelijking met Singapore (of Amerika).
Neem het topsectorenbeleid voor Life Sciences & Health. Een ambitieus programma, dat zeker impact zal hebben – maar niet op korte termijn. Overheidsprogramma’s rondom zorginnovatie zijn omvangrijk, log en duren jaren. Ik zou liever zien dat er kortere, meer wendbare projecten opgestart worden, geïnspireerd door een ondernemers- en startup cultuur, die meer impact kunnen maken in een kortere tijd. Waarom zijn overheidsprogramma’s gericht op twee tot drie spin-offs binnen tien jaar, terwijl je ook een dozijn corporate spin-offs in één of twee jaar zou kunnen nastreven?
Startup ambassadeur
Daarom ben ik ook zo blij dat Neelie Kroes, de grand dame van het Europese digitale toneel, nu de rol van startup ambassadeur van Nederland voor haar rekening neemt. Ik ben er van overtuigd dat zij met haar netwerk, kennis en ondernemersgeest een enorme impuls geeft aan innovatie in de zorgsector, juist nu we die nodig hebben. In Nijmegen werkt een groep partners, waaronder het Radboudumc, aan een accelerator programma specifiek gericht op digital health, in samenwerking met Rockstart. Met dat programma willen we dezelfde ondernemersgeest en creativiteit stimuleren en vertalen naar praktijk, door ondernemers en creatieven samen te brengen met zorgprofessionals en patiënten.
Binnenkort gaat het eerste digital health accelerator programma van Nederland van start
Weet je wat innovatie ook zou helpen? Wanneer wij kritisch naar onszelf kijken om te zien wat we zélf kunnen doen. Niet alleen praten over wat je kunt veranderen, maar het ook echt doen. Hopelijk ziet deze Digital Evolution Index (DEI) er dan anders uit in de aankomende jaren. Niet alleen qua score, maar vooral omdat we een aantal fundamentele veranderingen moeten doorvoeren om maatschappelijke problemen het hoofd te bieden.
Wat zou jij doen?
Hoe zou jouw advies aan het ministerie van VWS luiden? Als je morgen iets zou veranderen in je organisatie of zorginstelling, wat zou dat dan zijn? Zou je adviseren om een vijf-jaren programma op te tuigen, en naar een paar ‘parels’ op zoek te gaan met een verwachte hoge omzet? Of zou je al direct beginnen om ‘parels’ te onderscheiden en te cultiveren? Als we digital health een impuls willen geven in Nederland, gaat het niet alleen om geld, maar ook om grenzen doorbreken en toegang tot kennis verruimen – misschien zijn dat wel de belangrijkste aspecten voor het opbouwen van een digitale economie.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!