De jaarlijkse eHealth-monitor van Nictiz en NIVEL laat zien wat algemene de stand van zaken is van digitale zorg in Nederland. Maar hoe eHealth-minded ben jij? Maak je gebruik van online consulten, gezondheidsapps, persoonlijke gezondheidsdossiers of wearables? Kortom: hoe scoor je op de eHealth-meetlat van TrendITion? We vroegen het aan Lea Bouwmeester, Tweede Kamerlid voor de PvdA en woordvoerder zorg (patiëntrechten, kwaliteit & toezicht en financiering).
Als je drie á vier keer per week hardloopt - wat gelijk staat aan wekelijks minimaal dertig kilometer - en wedstrijden rent, kan het nuttig zijn om een sportapp bij het hardlopen te gebruiken. Lea Bouwmeester gebruikt daarvoor de app Runkeeper. "Wedstrijden loop ik meer omdat ik het leuk vind en niet om op de seconde ergens over de finish te komen.
"Ik denk dat het vooral een innovatie is voor mensen die een aanleiding hebben om ergens op te letten"
Ik heb het wel eens met collega’s over het gebruik van wearables als een activity tracker of hartslagmeter, dat lijkt me hartstikke leuk en interessant. Het is meer een kwestie van de spullen aanschaffen en gaan volgen, maar het komt er nooit van. Bovendien heb ik de luxe dat ik gezond ben, althans ik eet gezond, ik beweeg voldoende, heb een normaal gewicht. Dat zorgt ervoor dat er voor mij nog geen aanleiding is om dingen echt consequent bij te gaan houden. Begrijp me niet verkeerd, ik vind dergelijke apps, zelfmeetapparatuur en wearables absoluut een innovatie, maar ik denk dat het vooral een innovatie is voor mensen die een aanleiding hebben om ergens op te letten."
Openheid over kwaliteit
In het verleden heeft het Tweede Kamerlid online wel eens rondgekeken naar meningen over zorgverleners, bijvoorbeeld op Kiesbeter.nl en ZorgkaartNederland.nl. De online reviews die ze daar aantrof waren niet erg bruikbaar, vond ze. “Op de sites stonden op dat moment nog zo weinig reviews, dat het moeilijk is om er echt wat van te zeggen. Bovendien waren het destijds hele globale berichten, dan ging het over ‘de’ arts in ‘het’ ziekenhuis. Inmiddels is dat overigens wel verbeterd en kun je wel specifiek op een bepaalde arts of zorginstelling zoeken.”
Zelf wil Bouwmeester nog meer directe openheid zien in de zorg, maar dat is een strijd die ze al langer voert in de Tweede Kamer. “Nu is alles georganiseerd rondom het belang van de arts, zijn privacy, het belang van het ziekenhuis en de verdienmodellen. Die transparantie moet gebeuren op een zorgvuldige manier, het moet natuurlijk niet zo zijn dat een arts na een boze patiënt zijn werk niet meer kan doen. Maar nu is het een beetje de omgekeerde wereld, dus er kan wat mij betreft veel meer data openbaar. De patiënt wordt een beetje dom gehouden, want die informatie is er wel. Maar als die openbaar wordt, zijn betrokkenen heel kwetsbaar.”
Twitter discussie
Naar haar weten heeft Bouwmeester bij haar eigen huisarts of artsen geen mogelijkheid tot een online zorgconsult. Dat maakt niet veel uit voor iemand die niet vaak naar de dokter hoeft, maar die behoefte zou er anders wel zijn. Zo’n e-consult kan immers iedereen een hoop tijd besparen, meent de politica. “Toevallig had ik laatst een discussie op Twitter met huisartsen. Ik stelde daar de vraag waarom tandartsen avondspreekuren houden en huisartsen niet. Vervolgens kreeg ik allerlei verschrikkelijke dingen toegewenst. Later kwamen de reële bezwaren en vervolgens ook allerlei oplossingen. De ene huisarts wil wel met Skype werken, maar geeft aan dat niet te kunnen gebruiken. Andere artsen zeggen dat Skype inzetten voor een video-consult best kan, aangezien je de mogelijkheid hebt om het op een veilige manier te doen. Dat vond ik opvallend aan die discussie op Twitter: artsen weten van elkaar niet eens wat ze doen en welke innovaties op dit moment al wel of niet mogelijkheden zijn. Zoals ik het zie moet er dus iemand zijn die dat gaat aanjagen.”
"Ik vraag me af waarom tandartsen avondspreekuren houden en huisartsen niet?"
Bouwmeesters interesse in eHealth is heel groot, zegt ze zelf. Maar haar feitelijke gebruik valt eHealth valt mee. “Ik houd alleen mijn kilometers en mijn snelheid bij in Runkeeper. En toen ik zwanger was gebruikte ik de app van ‘Oei, ik groei’. Daar staat van alles in per week, met allerlei tips over de groei van je baby en jouw lichaam tijdens de zwangerschap. Tijdens de bevalling heb ik de Weeëntimer uit die app gebruikt, wat dan wel weer grappig is. Je hebt gehoord van de verloskundige dat je je weeën moet bijhouden zodra deze beginnen, maar het timen daarvan is nog best een dingetje. Bij het begin van de wee druk je op ‘start’ en aan het einde op ‘stop’. Dan geeft die app aan wanneer je de verloskundige moet bellen.” Deze technische snufjes waren wat haar betreft een prima afleiding tijdens het bevallen. “Zie je wel,” zegt Bouwmeester lachend. “Ik heb er vaker gebruik van gemaakt dan ik dacht! Als ik het nodig heb, dan gebruik ik best veel dingen. Dus dan geef ik mijn gebruik toch een 7.”
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!